“STILTE! Wilt u zachtjes praten? Er zijn mensen bezig examens te maken.”
Op wel tien plekken in de wachtruimte hangen A4-tjes met die boodschap. Ik kijk naar de slapende baby in de kinderwagen voor me en hoop dat ze nog even blijft slapen. N. heeft me instructies gegeven over flesjes en fruithapjes en er staat een tas klaar voor alle mogelijke noden van haar baby. We hebben elkaar omhelsd toen ze zenuwachtig naar de examenzaal ging voor haar inburgeringsexamen leesvaardigheid: “Heel veel succes!”
Ik heb me voorbereid op een pittige dag met een boze, huilende baby, die van niemand iets wil weten behalve van haar moeder. Zo was het de afgelopen keren dat ik bij ze thuis kwam. Maar als ze vijf minuten later wakker wordt, ligt ze een tijdje vriendelijk rond te kijken en dan met een rood aangelopen koppie te persen.
Een schone luier dus. Maar de toiletten zijn vlak naast de examenzaal en een aankleedtafel heb ik er niet gezien. Ik vraag het meisje achter de balie of er een plek is waar ik een baby kan verschonen en leg uit dat ik bang ben voor geluidsoverlast. “Huilt ie erg als je hem een schone luier geeft?” vraagt het meisje en ik zeg dat ik dat niet weet, omdat ik het nog nooit gedaan heb.
Een vriendelijke jonge vrouw vraagt in gebroken Nederlands of ze kan helpen. “Ik heb twee kinderen,” zegt ze. Maar dat is het probleem niet. Ik lach: “ik heb ook kinderen, dat komt wel goed.” Het balie-meisje wijst naar de andere kant van de rustige wachtruimte. “Heb je iets om hem op te leggen? Ik dank dat dáár niemand er last van heeft.” Okee… op de grond dan maar. Ik pak in het voorbijgaan mijn regenjas van de kapstok en ze vraagt een beetje verschrikt: “Is dat uw eigen jas?”
Als ik baby T. begin uit te pellen, begint ze te huilen, maar als ik de volle poepluier heb verwijderd, laat ze zich rustig schoonpoetsen en een frisse, nieuwe luier aandoen. Het stinkpakketje gooi ik in de vuilnisbak naast de koffie-automaat. Het zal niemands koffiebeleving verpesten, want er komt toch alleen maar heet water uit de automaat, en bij wijze van cappucino een plasje waterige melk.
Met een schone baby in de kinderwagen ga ik buiten een stukje wandelen. Na een tijdje valt ze weer in slaap en als we terug zijn, komt N. de examenzaal uit. Zuchtend. Het was moeilijk, maar wie weet, heeft ze het toch gehaald. Ze kijkt naar haar slapende kind. “Is ze helemaal niet wakker geweest?”
’s Middags moet N. nóg een examen doen. Baby T. blijft in een goed humeur vandaag. Ik had een beetje tegen deze dag opgezien, maar het valt me erg mee. Dat geldt voor N. ook. Dat ze deze twee examens geprobeerd heeft, vind ik heel dapper, want met twee jonge kinderen en een baby heeft ze heel weinig gelegenheid om te studeren. Ik hoop dat ze het goed gedaan heeft. We zullen zien.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Vogels voederen
Ik zit aan de keukentafel noten te kraken en ik denk aan de vogels. De kraaien en kauwtjes die net als ik in de herfst bij de plaatselijke n...
-
Het is ongeveer 10 kilometer fietsen naar Sanguin en voor alle zekerheid doe ik een regenjas aan. Als ik er bijna ben, begint het zachtjes...
-
Er ligt een klein, hemelsblauw eitje in de tuin. Helemaal gaaf ligt het op een onbegroeid stukje grond. Mijn eerste opwelling is, het op e...
-
“Maak er eens een wat mooiere opstelling van”, zegt dirigent W. De alten wat meer naar links ja, en de sopranen een beetje naar voren… Geh...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten