zondag 28 juni 2020

Thuiskomertje

Op donderdagmorgen ben ik voorlezer. Het is de enige dag dat ik officieel naar mijn werk mag/moet. Meestal vind ik het wel relaxed. Een ochtend in m’n eentje in de studio, onderbroken door een koffiepauze met een paar collega-lezers. Vandaag valt het niet mee. Als het buiten dertig graden is, houdt het airco-systeem de studio’s koel. En ik was even vergeten om een vest mee te nemen. Brrr. Het houdt me goed wakker en dat is dan wel weer fijn, want het leesvoer van vandaag is een spiritueel tijdschrift waar ik moe van word. Ik ben niet zo van de spirituele artikelen.
Keurig om half één heb ik voorgelezen wat er gelezen moest worden, sluit ik het programma en maak de studio volgens de corona-instructies schoon voor de middag-lezer. Dan stap ik in m’n auto om naar huis te gaan.

Wat maakt die auto een raar geluid… denk ik als ik het parkeerterrein af rijd. Ik neem het bochtje naar het stoplicht en het geluid blijft. Terwijl ik voor het licht wacht, besluit ik om zodra ik de weg af kan even te stoppen om te kijken wat er aan de hand is. Dan rijdt er een fietser langszij die door mijn open raam roept:
“Weet je dat je een lekke band hebt?”
“Oh,” zeg ik, “Dank je wel!”

Het stoplicht springt op groen en voorzichtig rij ik nog een halve kilometer door, ga de weg af en parkeer bij de benzinepomp, half in de schaduw van een hoog gebouw.
Een lekke band. Ik doe m’n achterklep open, daar ligt een reserveband en iets waarvan ik denk dat het de krik is. Maar hoe je de band van een auto moet verwisselen weet ik niet. Stom eigenlijk. Zoiets zou je toch gewoon moeten kunnen, denk ik. Maar er zit niks anders op dan de ANWB bellen.
Ik ben blij dat ik op een plek met wat schaduw sta. En dat ik iets te lezen in mijn tas heb. Ik zit op een stenen muurtje, hang tegen de auto, loop rond…. Het duurt een vol uur voordat er een auto van de ANWB komt.

Maar dan is het snel voor elkaar. Als ik de batterij gereedschap zie waarmee de ANWB-man aan komt zetten, vind ik het wat minder stom dat ik niet zelf een band kan verwisselen. Hij pompt met een soort ballon-krik de auto omhoog, boort de moeren los met een elektrisch apparaat en heeft binnen tien minuten de reserveband erom. Een thuiskomertje noemen ze zo’n bandje en ik vind  het er eng dun uitzien. “Niet harder rijden dan tachtig”, drukt de man me op het hart. En daar hou ik me van harte aan.

Om drie uur 's middags ben ik thuis van een ochtendje werken. De spirituele artikelen van vanmorgen heb ik helemaal van me afgeschud. De realiteit is dat ik nu een afspraak moet gaan maken om twee nieuwe banden om de auto te laten leggen.
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Doe-lijstje

Ineens is het warm buiten. De achterdeur open, koffie op het terras. H. gaat na die koffie op stap voor een stevige oefenwandeling. Echt vee...