Meestal komt mijn broer met z’n gezin bij ons met kerst.
We hebben wat meer ruimte en H. vindt het leuk om een uitgebreid kerstdiner te
maken. Maar dit jaar is er een zieke (schoon)moeder die ze niet alleen willen
laten, dus zijn we uitgenodigd in De Ilp.
We trekken zorgvuldig niet-al-te-nette kleding aan en op
advies van m’n schoonzus oude schoenen. “Ons pad is één en al prut”, appt ze,
“dus nette schoenen zijn kansloos.” Na die waarschuwing valt het pad niet eens
tegen. We doen het tuinhek netjes achter ons dicht zodat er geen huisdieren de
weg op kunnen rennen en stappen om de blubberigste stukken heen naar de deur.
In de hal zetten we onze schoenen bij de verzameling die er al staat en gaan op
sokken de kamer in.
Zodra ik op de bank ga zitten, vlijt 40 kilo hond zich
tegen me aan. Charlie komt gezellig bij me
zitten en probeert mijn gezicht te likken. Tegenover me heeft zoon J. een
piepklein monster op schoot dat veel weg heeft van een Gremlin. Het is een van
de twee jonge naaktkatjes. Aandoenlijk lelijk.
Dochter E. mag niet meer stoppen
met het aaien van twee chihuahua’s. Zodra ze niet meer aait, trekken ze met hun
kleine pootjes haar handen weer naar zich toe. Ook voor de familie zelf zijn er
nog genoeg dieren over. Een paar pluizige katten wandelen van de een naar de
ander, mijn broer heeft een derde, kouwelijke chihuahua onder z’n vest en in de
hal zwabbert nog een kleine, dikke hond tussen de schoenen door. Alleen neefje
M. heeft niks op schoot. Hij zit in een hoekje te gamen, maar zal ons later de
jonge baardagamen laten zien in zijn terrarium.
Onze oude schoenen komen weer van pas als we een
wandeling maken over allerlei kleine paadjes in de omgeving. Het is prima
wandelweer en het is lekker om een tijdje buiten te zijn. Terug bij het huis
bekijken we de veestapel: sinds dit jaar heeft mijn broer een paar zeboe’s,
kleine koeien. Een verzameling cavia’s woont al langer in de schuur en buiten
protesteren een paar ganzen luidkeels tegen zoveel vreemd volk op het erf.
Binnen is mijn schoonzus T. intussen in de weer met een
heleboel lekkere hapjes, die nauwelijks op de tafel passen. Als we echt niks
meer op kunnen, gaan de restjes naar de schuur en doen we een vraag- en
antwoordspel, waarbij T. en ik jammerlijk verliezen. We kunnen het hebben.
Dan is het tijd om terug
te gaan naar ons huis. Zonder dieren, maar wel met allebei onze kinderen, want
de tweede kerstdag vieren we met z’n vieren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten