Vorige week heeft H. twee houten bakken in elkaar gezet waar ik dit voorjaar groente en kruiden in wil laten groeien. Met de voorbereiding van dit moestuinplan ben ik afgelopen herfst al begonnen door onze twee compostvaten om te werken en alle bijna gecomposteerde inhoud, gemengd met afgevallen bladeren, in één vat bij elkaar te doen. Het is de bedoeling dat dat compost oplevert om de moestuintjes (voor een deel) te vullen.
We hebben de tweede mooie zaterdag op rij. H. gaat boodschappen doen en intussen ga ik met het compostvat in de weer. Ik schuif de klep aan de zijkant omhoog en wat er achter zit, ziet er goed uit. Door het gat schep ik de zwarte compost in een emmer, die til ik naar de achtertuin en leeg hem bovenop het laagje half vergaan blad dat op de kartonnen bodem van de twee moestuintjes ligt.
Een half uurtje later is de hele zwarte bult weg geschept en veeg ik het pad schoon. Tenslotte kopen we nog een paar zakken fijnere compost voor het bovenste laagje en dan is het klaar. We staan een tijdje naar de bakken te kijken.
‘Dat hebben we mooi op tijd voor elkaar,’ zegt H. ‘Voor ons allebei een bak. Als ik je benen een beetje optrek, in de foetushouding, pas je er mooi in.’
Ik grinnik: ‘Je doet het goed. Deze week is er een sire reclame begonnen om mensen meer met elkaar over de dood te laten praten.’
Maar eigenlijk zijn de bakken natuurlijk juist bedoeld voor nieuw léven. Ik ga naar binnen om op internet informatie te gaan zoeken. Het volgende onderdeel van het project is een planning van wat er wanneer gezaaid en geplant gaat worden. Want dit was pas het begin.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten