vrijdag 31 maart 2017

"Ik spring op het dak"


Vrijdag is mijn taalcoachmiddag.
Even voor drieën zet ik mijn fiets voor het raam en bel ik aan. H. doet de deur open samen met zijn vijfjarige zoontje A. In het begin bleven de twee kinderen in een andere hoek van de kamer zitten tijdens de taalles, maar nu komt vooral de jongen vaak nieuwsgierig meeluisteren. Zolang we oefeningen in het taalboek doornemen of bezig zijn met invul-zinnen is het niet zo interessant, maar als we gaan oefenen met praten, komt ie er met z’n neus bovenop staan.
Ik heb een prentenboek meegenomen met platen waar ik vragen over stel.
“Wat gebeurt hier?”
“De vrouw leest een boek.”
“In de kast staan kopjes en borden.”
Op een van de plaatjes zie je een hond over een hekje springen. Een lastig woord, waar mijn cursisten allebei niet op kunnen komen.  Ik zie aan A. dat hij het wél weet en vraag hem wat de hond doet. “De hond spréngt” zegt het jongetje blij. Zijn ouders vinden het heel knap.
We schrijven het woord op: Springen, ik spring, hij springt.
Iedereen bedenkt een zin met dat woord erin en A. zegt enthousiast “Ik spring op het dak!”
Ik vind het leuk dat het stille jochie zo loskomt. Zijn moeder heeft me verteld dat hij bang is voor harde geluiden en ook voor mensen die hard praten. Samen met de kinderen woonde ze niet lang geleden nog in Syrië in een flat, die regelmatig schudde doordat ergens in de buurt bommen vielen. Geen wonder dat deze kinderen eerst heel voorzichtig de kat uit de boom kijken.
Als we verder gaan met praten, komt ook het kleine meisje dichterbij. Ze zegt niets, maar kijkt van de een naar de ander.
We hebben het over de dieren van een kinderboerderij waar het gezin vorige week heen was. N. noemt konijnen geiten en eenden. Maar als ik een wollig schaapje teken, weet ze het Nederlandse woord niet. Ook de anderen moeten daar heel hard over nadenken, maar dan zegt een klein stemmetje keurig: “schaap”.
“De kinderen leren snel”, zeggen de ouders lachend. “Wij kunnen van de kinderen leren.” En de kleine D. wordt geknuffeld.
Een warm gezin is het. Ze hebben veel meegemaakt, hebben veel moeten achterlaten en hier in Nederland moeten ze helemaal opnieuw beginnen. Maar ik heb het gevoel dat ze het wel gaan redden met z’n vieren en met de wekelijkse taalsessies wil ik daar graag een beetje bij helpen.

dinsdag 21 maart 2017

Avondje bioscoop


Zondag. Mijn dochter is een weekend bij ons en omdat ze maandagmorgen een klusje in Nijmegen heeft, blijft ze nog een nacht extra.
“Heb je zin om samen naar de film te gaan, mam?” vraagt ze terwijl we de tafel dekken.
Ik denk even na.
“Ik wil niet al te laat gaan slapen, want morgen moet ik vroeg op.”
Ze zoekt even op haar iPhone en vertelt dat de film waar ze heen wil om kwart voor negen begint, in Wychen, een kwartiertje rijden. Dan kunnen we rond 11 uur terug zijn.
Ik heb er eigenlijk best zin in en even later heeft ze twee kaartjes gereserveerd.

Om kwart over acht zijn we bij de bioscoop om onze kaartjes te halen. We kunnen meteen het kleine zaaltje in, waar pas twee mensen zitten. Het leuke van deze bioscoop is, dat je tijdens de film iets te drinken kunt bestellen. Omdat ik de kaartjes betaald heb, zal E. trakteren. Maar als ze in haar portemonnee kijkt, constateert ze dat daar niet veel contant geld in zit. Vijf euro maar. We bestuderen de kaart waarop staat wat je kunt bestellen en giechelend berekenen we wat er nog net kan. Een verse muntthee en een cappucino. Maar ik heb eigenlijk meer zin in een biertje.
“Dan leg ik wel bij wat er tekort is,” besluit ik.

Intussen is het kwart voor negen geweest. Er zitten een stuk of tien mensen achterin het zaaltje en we horen iemand zachtjes opmerken dat de film nou weleens mag beginnen.  Om vijf voor negen komt er een meisje door het gangpad. Ze vraagt onze aandacht en vertelt dat er vergeten was om de film in te laden. Er wordt aan gewerkt en ze hopen nu snel de film te kunnen vertonen. Vanwege het wachten, krijgen we allemaal een drankje aangeboden. De bestelling zal zo worden opgenomen.
Ik stoot E. aan. Dat is leuk trakteren! We schieten samen in de lach.
“Ik wist niet eens dat ze zo’n film moeten inladen”
“Zouden dat nog steeds van die grote spoelen zijn?”
“Wat een mazzel voor ze dat er zo weinig mensen in de zaal zitten.”
“Nee joh, meer mensen zouden toch allemaal betááld hebben, daar hielden ze dan meer van over.”
Dan beginnen de lichten te dimmen en gebeurt er eindelijk iets op het witte doek.

Tijdens het rondje reclame worden onze drankjes gebracht en als we ons lekker installeren om naar de film te kijken, gaan de lichten weer aan.
Huh?
Er gaat weer een minuut of tien voorbij en dan komt hetzelfde meisje als eerst een beetje gegeneerd om aandacht vragen. Ze doen hun best en het zal echt niet lang meer duren.
Inderdaad dimmen vrij snel daarna de lichten weer. Op het scherm begint van voren af aan weer de reclameriedel, maar na een tijdje begint het beeld te haperen. En even later weer. We beginnen ons af te vragen of het nog wat wordt vanavond.

Blijkbaar zijn de haperingen te danken aan het sneller doorspoelen, want het reclameblok snelt voorbij. En dan begint eindelijk, om halftien, de film. Intussen heeft E., die nu rijk genoeg is, m&m’s besteld die maar niet komen. We drukken op het knopje om iemand te roepen en doen de bestelling opnieuw. Een jongeman brengt de m&m’s en neemt het geld in ontvangst. Drie minuten later is hij terug met de mededeling dat we niet hoeven te betalen. Hij geeft E. haar geld terug en wij hangen alweer tegen elkaar aan van het ingehouden lachen.
“Ssst, nu gaan we naar de film kijken.”
We kijken
We genieten
En we zijn laat thuis.
Maar het was een heel gezellig moeder/dochter filmavondje!


woensdag 15 maart 2017

Na lang zweven toch gekozen


Minstens een half uur voordat ik de deur uit loop, weet ik het zeker. Ik heb nog even gegoogeld en o.a. gezien dat ze op twitter vooral enthousiast is over straatbezoeken, flyeren en debatten en geen rare of suffe opmerkingen plaatst.

Ik weet bijna niets van Cathelijne Bouwkamp, maar toch ga ik op haar stemmen. Ze is namelijk de 22e vrouw op de lijst van GroenLinks. Op haar twitteraccount zag ik (aan haar retweets) dat meer mensen deze strategie volgen: als je op de eerste vrouw van een lijst stemt, heeft dat geen effect op de man/vrouw verhoudingen, want die staat tóch wel op een verkiesbare plaats. Maar een stem op de eerste vrouw op een iets lágere plek dan het waarschijnlijke aantal zetels, kan wél zoden aan de dijk zetten. Met genoeg voorkeursstemmen kan ze een hoger op de lijst geplaatste man voorbijstreven.

Cathelijne Bouwkamp wordt het dus, van GroenLinks. Na een lange zweefpartij, die gisteren nog haperde boven de Partij van de Dieren. Ondanks hun naam hebben ze over veel mensenzaken standpunten waar ik me goed in kan vinden. Toch heb ik twee bezwaren tegen deze partij. Ten eerste vind ik het raar om in een mensenwereld met mensenverkiezingen als speerpunt dieren te hebben. Ten tweede is het een klein partijtje en met al het gesplinter en gesplits van de laatste tijd heb ik steeds meer moeite met kleine partijtjes. Hoe meer verschillende partijen, hoe moeilijker om het met elkaar eens te worden. Dus al heeft de PvdD zich intussen aardig bewezen, ik ga toch voor een grotere club.

Dat gedoe met Jesse Klaver, die door sommige mensen bijna aanbeden wordt (Jessias) vind ik een beetje eng. Hemzelf vind ik wel erg gestyled en glad. Maar die populariteit is dan weer wel goed voor de partij, die met hem aan het roer waarschijnlijk groter dan ooit wordt. Dat de milieuplannen van GroenLInks onuitvoerbaar of veel te duur genoemd worden, kan me niet schelen. Zij willen tenminste serieus iets gaan ondernemen om onze planeet schoner te krijgen.

Ik neem mijn stempas, check of ik een identiteitsbewijs bij me heb en wandel naar de basisschool op de hoek van de straat. De zon schijnt. Twee jongetjes staan op het schoolplein achter een pingpongtafel, waar ze een voetbal over laten stuiteren. Tegenover de school zit een buurtgenote op haar knieën onkruid uit de tuin te trekken. Als ik de school binnen ga, komen juist mijn buren naar buiten en we groeten elkaar. Het is niet druk, ik ben bijna meteen aan de beurt en ga met het enorme papier vol namen het stemhokje in. Zonder te twijfelen maak ik het hokje rood.

“Zo,” zeg ik als ik het stembiljet in één van de twee grote bussen laat glijden. “Klaar met zweven.” Langzaam loop ik naar huis, met m’n gezicht naar de zon. Nu maar afwachten waar al die andere zwevers zijn neergekomen.

zaterdag 4 maart 2017

Stickertjes

appels met stickertjes

In een rijtje kleine ergernissen uit het dagelijks leven van een blinde vrouw las ik dat de kleine stickertjes op elk afzonderlijk stuk fruit voor haar zo lastig waren. Ze vermoedde dat er vijftig jaar na haar overlijden in de kist honderden van die kleine stickertjes gevonden zouden worden, want ze had er in haar leven al heel wat per ongeluk opgegeten.

Ik kon me de ergernis goed voorstellen, al deel ik die als ziend persoon niet. Als ik in de schuur een appel meepak om in mijn tas te doen voor bij de lunch, peuter ik ter plekke het stickertje eraf en plak het op de flappen van een wijndoos die ik onderweg tegenkom. Gaandeweg wordt het een kunstwerk.
Toen ik vanmorgen bij de AH een zakje vulde met appels, zag ik ineens dat er op de stickertjes verschillende teksten stonden in een soort handschrift-letters. “Voor de liefste mama” las ik en even dacht ik dat iemand zich in de datum had vergist; deze appels zijn op moederdag echt niet fris meer! Maar op de volgende appel stond “Voor de Stoerste” en op weer een andere: “Beterschap”.

Ik vroeg me verbaasd af wat hier het idee achter is, maar bedacht toen dat het helemaal past bij de trend om op allerlei levensmiddelen tekstjes te zetten alsof ze direct tegen je praten. Theezakjes met op het labeltje diepzinnigheden zoals: “Als je iets tegen de wereld zou kunnen zeggen, wat zou dat zijn?” of “Heb je vandaag een complimentje gekregen?” Toastjes die je vragen: “Hoe was jouw dag?” Kip die beweert: “Ik ben de nieuwe AH kip, ik ben van een vitaler ras” (lekker vitaal, zo’n sprekende dooie kip)
Kort geleden kwam een collega zuchtend uit de kantine omdat er op de doos met bestelde lunchbroodjes met sierlijke letters geschreven stond: “Eet maar lekker op” Bij ons allemaal kwam onmiddellijk de associatie op met een peuterspeelzaal.

En dan nu deze labeltjes. Beterschap” op. Of “Voor m’n schatje” op je appel. Zouden er echt mensen zijn die daar blij van worden, die daardoor ineens besluiten om appels te kopen of die ervoor van merk of soort veranderen? Blijkbaar zijn er figuren in de levensmiddelenwereld overtuigd van de meerwaarde die al die kinderachtige teksten aan artikelen geven. Het zal wel, maar ik koop er geen appel méér om. Ik krijg eerder de neiging om gewoon appels bij de boer te gaan halen, zonder stickertje. En als ik ze aan iemand cadeau wil geven, bedenk ik er dan zelf wel een toepasselijke tekst bij.

woensdag 1 maart 2017

Abrupt

De zon!
Deze dag begon donker en regenachtig, maar nu zie ik het ineens steeds lichter worden buiten. Dat is fijn, want een van de dingen op mijn doe-lijstje is boodschappen halen.
Een veel grotere klus op mijn lijstje is het zorgvuldig doorlezen van het boek dat ik een paar dagen geleden bezorgd kreeg. “Wij leugenaars” heet het en toen het binnenkwam, las ik het in een adem uit omdat ik moest weten hoe het afliep. Nu weet ik het en ik maak me zorgen over het feit dat je in een stuk voor de Uittrekselbank die afloop eigenlijk moet vertellen, en dat betekent een geweldige spoiler. Maar daar ben ik nog even niet aan toe. Eerst maar opnieuw lezen en aantekeningen maken.

Voordat ik daarmee aan de slag ga, maak ik voor mezelf een verse groentesoep. Er ligt nog een stukje rodekool en een paprika die een zachte plek krijgt. Samen met nog wat andere dingen, levert dat een soep op die een wonderlijke kleur heeft, maar prima smaakt.

Tussen de bedrijven door bedenk ik dat er deze week nog geen blogje is geplaatst, maar daar heb ik ook eigenlijk niet zo veel tijd voor vandaag.
Toch even snel doen?
Nou vooruit.
Maar over tien minuten wil ik naar buiten voor die boodschappen, voordat de lucht weer donkergrijs wordt en de wind opsteekt. Ik kijk op mijn horloge en besluit om na die tien minuten onherroepelijk te stoppen met dit stukje. Of eigenlijk nog een minuut eerder, zodat ik het ook nog binnen die tijd kan plaatsen. Het kan me helemaal niets schelen dat dat weleens een heel abrupt einde van dit stukje zou

Een nieuwe traditie

Vrijdagmorgen heb ik afgesproken met K. Ze komt op de koffie met. En ‘met’ is geen koek of taart, maar leesvoer. Allebei houden we van tekst...