dinsdag 14 juni 2016

Een klein, blauw eitje

Er ligt een klein, hemelsblauw eitje in de tuin. Helemaal gaaf ligt het op een onbegroeid stukje grond. Mijn eerste opwelling is, het op een warm plekje te leggen. Misschien komt het nog uit. Maar als ik het oppak, voelt het koel aan. Hier is geen redden meer aan.
Waar komt het vandaan? Het pruimenboompje waar het onder ligt, is nog overzichtelijk klein en daar zit zeker geen nest in. Verderop in de tuin staan dichte struiken waar best nesten in kunnen zitten, maar hoe kan dat eitje zo’n afstand ongeschonden hebben afgelegd?
Ik stel me voor dat er een ekster op rooftocht was of een kat. Nest uit elkaar getrokken, de andere eitjes opgegeten en dit over het hoofd gezien. Maar dan blijft het nog een raadsel hoe het zonder te breken op de kleiachtige grond terecht kwam, die na een paar zonnige dagen droog en steenhard is.


Ik weet niet goed wat ik er mee zal doen. Bewaren kan niet; het zal over een paar dagen waarschijnlijk vreselijk gaan ruiken. Ik leg het terug waar het lag en stel een beslissing uit. Van welke vogel zou het zijn? Niet van een koolmees, die legt geen blauwe eitjes. De mezen in het nestkastje aan de schutting zijn trouwens al lang uit hun ei. En omdat er na een paar weken hevig gepiep en af- en aanvliegende ouders nu geen geluid meer uit de kast komt, ga ik er optimistisch van uit dat ze zijn uitgevlogen – al heb ik daar niets van gezien.
Een beetje googelen leert me dat het gevonden exemplaar een merel-ei is. Als ik het in de vroege avond aan H. wil laten zien, is het blauwe eitje verdwenen. Waarheen? Dat raadsel lijkt me minder groot dan dat van de verschijning. Eksters en kraaien genoeg in de buurt. Nou ja, dan hoef ik me tenminste niet meer af te vragen wat ermee moet gebeuren.
Gelukkig heb ik er foto's van gemaakt.



1 opmerking:

Een nieuwe traditie

Vrijdagmorgen heb ik afgesproken met K. Ze komt op de koffie met. En ‘met’ is geen koek of taart, maar leesvoer. Allebei houden we van tekst...