woensdag 25 april 2018

Kefir

Kort geleden bezochten H. en ik een vriend die herstellend is van een operatie. Voorwaarde voor het bezoek was, dat we niet te grappig moesten zijn, want lachen deed hem pijn. Ondanks dat was het heel gezellig, tot hij te moe werd en zich terugtrok. We fietsten weer naar huis, blij dat het goed met hem ging.

’s Avonds kreeg ik een whatsapp berichtje: “ik was het vergeten te vragen, maar wil je soms een kefir-plantje? Het groeit flink en ik kan het splitsen.”
Ik had een vaag idee dat zo’n plantje iets met yoghurt te maken had, en altijd bereid om dat soort dingen uit te proberen appte ik een JA terug. Ik moest het natuurlijk zelf komen halen.
Zo stond er twee dagen later een potje melk-met-kefir op de vensterbank. De gebruiksaanwijzing was simpel:
Dag 1: plantje in een pot melk
Dag 3: in de koelkast zetten
Dag 4: zeven, plantje afspoelen en opnieuw in een pot melk doen.

De dagen 1 en 2 waren warme dagen en al snel was de melk dik en brokkelig. Op dag drie moesten we op zoek naar een plastic zeef, want een extra gebruiksaanwijzing was, dat kefir niet tegen metaal kan. Het vinden van een plastic zeef is eigenlijk het lastigste onderdeel van het hele kefir-project, maar uiteindelijk vonden we er een bij de Action. Op dag vier hadden we geen tijd, dus werd er pas gezeefd op dag vijf. Voorzichtig drukte ik het lobbige spul door de gaatjes en nu kwam dan eindelijk het plantje tevoorschijn. Het zag er anders uit dan ik had gedacht: een soort kleine bloemkoolroosjes, net zo wit als de melk.

De gezeefde kefir was flink zuur, een beetje karnemelk-achtig. Lekker? Mwah. Misschien voor een hele warme, dorstige dag. Maar met een beetje honing erin gaat het best.

Intussen heb ik op internet rondgezocht naar informatie, en ons bloemkoolvormige vriendje blijkt een supergezond product op te leveren. Goed voor de darmflora, geweldig voor de spijsvertering, prima als je wilt afvallen, goed voor de mentale gesteldheid en, jawel, goed voor de botdichtheid!

Wát een kadootje! En terwijl het ‘plantje’ de melk omzet in deze superdrank, groeit het ook nog eens, zodat ik binnenkort weer iemand anders blij kan maken met zo’n minibloemkooltje.
Liefhebbers?



woensdag 18 april 2018

Boze fietser


Ik ben met de auto onderweg. Niet ver van mijn huis loopt een ‘fietssnelweg’ die ik over moet. Ik let niet goed op en mis bijna de fietser die met een flinke vaart van rechts komt. Met m’n neus al op het fietspad rem ik nog net op tijd. Sorry, gebaar ik, maar de fietser accepteert geen sorry. “Kutwijf!” roept ie in het voorbijgaan en hij werpt me een woedende blik toe.

Nou ja!! Ik voel de verontwaardiging in me opborrelen. Oké, ik zag hem pas op het nippertje, maar ik remde toch, en hij hoefde niet uit te wijken. Waarom dan zo boos?

Omdat ik meteen na de oversteek linksaf sla, passeer ik een stukje verderop dezelfde fietser. Mijn raam staat open en ik voel heel sterk de neiging om met m’n arm ver naar buiten mijn middelvinger op te steken. Of om iets te roepen. Maar ik doe het niet. Ik rij hem keurig voorbij en hou mijn arm en mijn tong in bedwang. Want zie je, ik ben helemaal geen kutwijf.

zondag 15 april 2018

Ommetje Beuningen

Men neme 150 mensen, verdeeld over tien groepen. Zorg voor 10 verschillende culturele activiteiten op verschillende locaties die elk een kwartiertje duren. De locaties moeten op loopafstand van elkaar liggen. Dan heb je ook nog tien gidsen nodig om de groepen te begeleiden. Vanaf een gezamenlijk startpunt gaan de tien groepen tegelijk op weg. Elke groep naar een andere activiteit. Daarna schuiven ze door naar de volgende, de volgende, een vierde en een vijfde. Dat is het recept voor een hele leuke avond (of een middag, dat kan ook)…

Gisteravond werd voor het eerst het Lente-ommetje Beuningen gehouden. Ik had het gehoord van iemand die op een van de locaties (bij haar thuis) zou zingen en zag het later in een plaatselijke krant staan. Online kocht ik twee kaartjes en H. wilde wel mee al was hij nog niet meteen heel enthousiast
Even voor half acht krijgen we in het dorpshuis annex bibliotheek een sticker opgeplakt en worden we meegegeven aan Loes, die onze groep zal rondleiden. Wij mogen om te beginnen naar een hoekje van de bibliotheek, waar banken en stoelen klaarstaan en een piano. De man die blijkbaar gaat spelen, vertelt dat we nog een kwartiertje moeten wachten, terwijl de andere groepen naar hun verschillende startpunten lopen. We zitten in een halve kring, waar nog wat stoelen bij geschoven worden voor een paar late binnenkomers. Een vrouw in een mooi jasje loopt nerveus heen en weer.

Zij blijkt de zangeres te zijn. Het eerste korte optreden bestaat namelijk uit gezongen liederen, afgewisseld door klarinetspel, allebei begeleid door de piano. Best leuk om naar te luisteren, maar vooral de zangeres moet er nog erg inkomen. Na een kwartiertje gaan we achter Loes aan naar het volgende optreden. In de protestantse kerk horen we een fragment voorlezen uit De Kleine Prins, gelardeerd met dwarsfluitmuziek. Leuk!
Het derde adres is direct naast de kerk en we moeten dan ook even wachten. In het grote huis worden we ontvangen door een voormalig huisarts achter de piano. Samen met zijn zoon speelt hij een gevarieerd repertoire. Soepel, relaxed en een beetje jazzy. Heerlijke muziek waar ik veel langer naar zou willen luisteren. Maar we moeten door. Naar het grootste café van het dorp, waar een oudere man ons vertelt over de geschiedenis van de dorpskermis. Gezellig, alsof we met z’n allen op zijn feestje komen. Het laatste optreden is in het ‘schoolmeestershuis’. Een a-capellagroep van vijf vrouwen zingt loepzuiver een aantal liederen. Prachtig!

De taak van Loes zit erop. Ze laat ons los en wie zin heeft kan nog wat gaan drinken in het dorpshuis. H. wil liever thuis een biertje drinken en ik ga met hem mee. Terwijl we naar huis fietsen, praten we na over het ‘Lente-ommetje Beuningen’. Het was de twee euro vijftig per persoon dubbel en dwars waard. Als het een traditie wordt, zijn we volgend jaar vast en zeker weer van de partij!

vrijdag 13 april 2018

Ruilen?


Het voorjaar rukt op. In de achtertuin staat plotseling een veldje lelietjes van dalen in knop. Yes! De vroege voorjaarsbloeiers zijn zo’n beetje uitgebloeid en nu komt overal nieuw groen uit de grond en aan de struiken. Ik maak een rondje achtertuin en ga dan koffie zetten.

Vanuit het keukenraam kijk ik naar het stukje tuin waar ik hardnekkig kruiden probeer te verbouwen. De bieslook doet het altijd goed en de rozemarijn is gewoon keihard de hele winter groen gebleven. Maar de salie ziet er tamelijk dood uit, net als de twee ronde struikjes tijm. Verder gebeurt er nog niet zo veel in m’n kruidentuintje.

Ik besluit naar het tuincentrum te fietsen om op zoek te gaan naar een nieuw salieplantje. En er staan nog wat andere kruiden op m’n verlanglijstje die ik misschien ook meteen mee kan nemen. Maar wat ik vind valt nogal tegen. Er is een bak met zielige groenteplantjes voor een euro per stuk: sla, omvallende bietenplantjes, andijvie en sprietige rucola. Er staan planten met trossen kleine tomaatjes en met paprika’s die je meteen al kunt oogsten, maar voor de acht euro’s die je daarvoor moet betalen, kun je heel wat tomaten en paprika’s bij Appie kopen. Salie is niet te vinden, net als de maggiplant die ik graag wilde. Wel potjes met beginnende basilicum, die twee keer zo duur zijn als de volgroeide basilicumplanten bij de groenteman. Dat is niet leuk meer.

Ik probeer mijn geluk een paar kilometer verderop, waar nóg een tuincentrum is. Daar hebben ze wél salie en ook een maggiplant. Ook hier is alles behoorlijk duur en ik hou het bij deze twee plantjes. Als ik ze even later in de tuin zet, graaf ik wat polletjes bieslook uit en zet ze in een potje. Verderop steekt een nieuw muntplantje de kop op, dat ik op die plek niet kan gebruiken. Als het wat groter is, zet ik hem ook in een potje. Kijk, en in het tuincentrum betaal je daar dan twee vijftig voor. Is er soms iemand die wil ruilen? Jij een potje bieslook en een munt, ik een paar tomatenplantjes of basilicum? Kom maar op.



vrijdag 6 april 2018

Iets lekkers voor de lunch










Ik heb zin in iets anders dan een boterham als lunch. Er liggen in de koelkast nog een paar tortilla’s. Ha, daar doe ik dan hoemoes (hummus, houmous? Iedereen schrijft het anders) op met wat sla. Lekker.
Maar helaas, de hummus is op.
Wat hebben we wel?
Een groentela vol gezond. Bijvoorbeeld een zak winterwortels. Die hebben we bijna altijd wel in huis want je kunt er zo veel mee.
Nu ook. Ik besluit een portie worteldip te maken als alternatief voor de houmous.

Daar gaat ie. Uitje snipperen en smoren in een paar eetlepels olijfolie. Intussen een grote winterwortel in kleine stukjes snijden, een knoflookteentje persen en een klein stukje gember hééél fijn hakken. (Mijn hele leven had ik een hekel aan gember, maar sinds een jaar doe ik het vrijwillig als smaakmaker bij gerechten – zij het altijd een stuk minder dan wat in de recepten staat)
Als het uitje helemaal glazig en zacht is, gaan de stukjes wortel erbij, een scheut ketjap, een klein beetje water en flink zout, peper en komijn.
Deksel op de pan en een kwartiertje laten sudderen (af en toe even checken of er niet een drupje water bij moet). Dan is de wortel gaar en gaat het spul in de keukenmachine, waar ik het pureer tot een mooie, oranje pasta.
De worteldip smeer ik in dit geval royaal op een tortilla. Een handvol rucola er over en oprollen. Daar is de lunch waar ik zin in had. Lekker.



Een nieuwe traditie

Vrijdagmorgen heb ik afgesproken met K. Ze komt op de koffie met. En ‘met’ is geen koek of taart, maar leesvoer. Allebei houden we van tekst...