woensdag 29 maart 2023

Vak 29a

In de Lange Hezelstraat in Nijmegen vind je tegenover Dille en Kamille een cadeautjes-winkel. De formule van ‘Ieder z’n vak’, zoals de winkel heet, is dat iedereen die dat wil er een vak of een plank kan huren om er spullen te verkopen. Voorwaarde is dat het handzame, niet al te grote producten zijn die je makkelijk mee kunt nemen. Cadeautjes.

Omdat ik sinds mijn online naaicursus van vorige zomer (zie een geslaagd oefenproject   https://appelpunt.blogspot.com/2022/06/een-geslaagd-oefenproject.html) verslingerd ben geraakt aan kleine naaiprojecten zoals tassen, etuis en broodmandjes, leek het me leuk om een tijdje zo’n plank te huren bij Ieder z’n vak. Je kunt tenslotte in je omgeving niet blíjven aankomen met je textielcadeautjes. De spelregels van de winkel zijn dat je 75 euro per maand betaalt en dat alle winst uit de verkoop verder voor jouzelf is. Ik twijfelde een tijdje over de haalbaarheid, maar besloot het te proberen.

Half februari legde ik plank 29a vol kleurige tasjes en andere maaksels en wachtte af hoe het zou lopen.
Nou, dat viel tegen. In de eerste twee weken werden er twee dingen verkocht. Bij nader inzien zag mijn plank er ook niet echt aantrekkelijk uit. Ik had alles wel mooi uitgestald, maar al gauw lag alles overhoop, doordat er wel rondgesnuffeld was. Ik besloot een betere opstelling te maken en het drie maanden de kans te geven.

Intussen zijn we halverwege die drie proefmaanden en het lijkt erop dat ik de plankhuur bij lange na niet terug ga verdienen, laat staan dat ik er iets aan over hou. Maar ik geef het nog niet op. Vandaag haal ik een paar mandjes terug om foto’s te maken van hoe je ze kunt gebruiken.  Die foto’s wil ik er bij gaan zetten. Wie weet doet dat iets.

En dan moet ik natuurlijk een beetje reclame maken voor de winkel. Dus woon je in de buurt van Nijmegen en ben je op zoek naar een leuk cadeautje voor iemand? Kijk eens bij Ieder z’n vak in de Lange Hezelstraat. Heb je helemaal niks met tassen, etuis en andere naaiprojecten? Dan vind je er ongetwijfeld iets anders, want met ca. 130 verschillende verkopers is er keus genoeg.  

maandag 27 maart 2023

Loeien, schokken en dienst weigeren

Onze auto is een ouwetje. Heel klassiek gekocht van een oud mannetje dat er weinig in gereden had. In ons geval kenden we die oude man en wisten dat geen loos verkoop-praatje was. Tweedeurs en met een lage instap is ie niet altijd even handig, maar waarom zou je iets vervangen dat prima functioneert?

Dat was tot voor kort de insteek. Maar een paar maanden geleden begon ie kuren te krijgen. Eerst gebeurde het incidenteel. Bij terugschakelen om voor een verkeerslicht te stoppen, bleef de motor bij stilstand loeien alsof ie nog in de vijfde versnelling stond. Griezelig. Het bleek na een paar minuten vanzelf op te houden, maar toen het later nog eens gebeurde en nog eens, lieten we er toch maar naar kijken. Bij de garage vonden ze niets.

Oké, niet heel prettig, maar we deden het er een tijdje mee. Vorige week kwam ons oudje terug van een onderhoudsbeurt en we hoopten dat het euvel gewoon voorbij zou zijn. Maar helaas gebeurde het steeds vaker. En donderdag, toen ik na het werk naar huis wilde gaan, weigerde de auto ineens te starten. Gelukkig was er een garage vlakbij waar ik nog nét voor sluitingstijd binnen liep. Ik kreeg er een leenauto mee en de volgende dag kon ik onze Volkswagen ophalen, waar een nieuwe accu in was gezet.

Zaterdagavond ging ik naar Oosterbeek, voor een uitvoering met het projectkoor waar ik in zing. Toen ik terug wilde rijden, sloeg de motor af voordat ik goed en wel op weg was. Na veel loze starts haalde ik diep adem voor nog een laatste poging en … gelukkig, uiteindelijk lukte het. Maar voor een stoplicht begon het geloei weer, waar ik inmiddels aan gewend raak. En deze keer begon de auto ook te schokken toen ik weer optrok. Ik was bang dat ik midden in een bocht naar de snelweg stil kwam te staan, maar dat gebeurde niet.

Ik kwam veilig, maar gestrest thuis en besloot dat ik zo niet meer in de auto wilde rijden. Zondag moest ik in Den Bosch zijn en dat deed ik per trein. H. wilde me wel naar het station rijden en jawel, onderweg was er weer geloei én geschok. Tijd om weer de garage te bezoeken. Vanmorgen maakte H. er een afspraak. Volgende week gaan ze grondig onderzoeken wat er met de auto aan de hand is. Daarvoor moeten we hem wel een weekje missen.

Voordat de patiënt genezen is, ga ik er niet meer mee op stap. Dat betekent dat ik de komende twee weken op de fiets naar m’n  werk moet. Het is te doen, maar niet echt aantrekkelijk. Vroeg weg, warm inpakken want ’s nachts is het behoorlijk koud. Ik en benieuwd of onze oude Volkswagen nog geopereerd kan worden of dat we nu toch aan iets anders toe zijn. We zullen zien.

zondag 19 maart 2023

Oogcafé

“Ik heb een gereserveerde plaats voor je,” zegt de organisator tegen me. “Kijk, hier naast je komt straks een jongedame van 93 te zitten, en als je je omdraait, kun je in de pauze praten met A. en zijn vrouw.” Daar is over nagedacht.
Ik ben te gast bij Oogcafé Druten om het luistertijdschrift Zienswijs te promoten, waarvan ik eindredacteur ben. Het is bedoeld voor mensen die op latere leeftijd blind zijn geworden en die zal ik zeker tegenkomen bij een Oogcafé.

De bezoekers beginnen binnen te druppelen. Ze worden ontvangen met koffie en waar nodig naar hun plaats begeleid. Voorin het zaaltje staat een enorme stoel, bekleed met tijger-fluweel en met goud geschilderde krullen. Daar mag straks de verteller op plaatsnemen die vanmiddag op het programma staat. Nu kan wie dat wil er even aan voelen.

Een man met weelderig, wit haar komt naar me toe. Hij vertelt dat hij de partner is van D., de 93-jarige schone die er zo aankomt. “Zes jaar geleden is mijn vrouw overleden,” zegt hij, “en toen ik daarna D. ontmoette, was ik meteen verliefd. Kijk, daar is ze al. Je zou haar d’r leeftijd niet geven hè.” Hij schuift de stoel naar achteren voor de bijna blinde, elegante oude dame.

Verhalenverteller, met op de achtergrond een scherm waarop hij aangekondigd staat en de vertelstoel met gouden krullen

De verteller moet een beetje wennen. Hij heeft nooit eerder voor publiek met een visuele beperking opgetreden. “Vinden jullie het leuk als ik een verhaal vertel over iemand die blind is?” vraagt hij. “Nee hoor, er is al genoeg ellende,” roept een vrouw vooraan, “vertel maar iets waar we lekker om kunnen lachen!”

Na drie  korte verhalen is het pauze. De organisator koppelt behendig kleine groepjes gesprekspartners aan elkaar. Ik praat met de oude dame, haar partner en onze ‘achterburen.’ A. is al vijftien jaar blind en gaat twee keer per week naar de sportschool, waar hij zelf alle apparaten weet te vinden, al zit ie soms per ongeluk bijna bij iemand op schoot. Hij lacht er zelf om.

Er volgt een tweede ronde verhalen  en daarna mag ik iets vertellen over mijn tijdschrift. Ik heb cd-tjes bij me en een paar mensen willen wel graag een probeer-exemplaar. Dan tikt de verteller op m’n schouder. Bescheiden vraagt hij of hij misschien ook zo’n cd mee mag nemen voor z’n vrouw. Die gaat steeds slechter zien. Natuurlijk mag dat!

Tegen half vijf rij ik terug naar huis. Mijn missie zit erop. Behalve dat ik misschien wat nieuwe abonnees voor Zienswijs heb binnengehaald, heb ik leuke gesprekken gehad en weer beter kennisgemaakt met de mensen voor wie we het tijdschrift maken. Een goede besteding van een woensdagmiddag.

zaterdag 11 maart 2023

Concert in de vorm van een peer

Als je naar een muziekuitvoering gaat met de naam ‘concert in de vorm van een peer’ kun je vermoeden dat het geen zwaar programma zal zijn. Wat we dan wél moeten verwachten weet ik niet precies, dus ik ga nieuwsgierig samen met H. naar de Vereeniging in Nijmegen, waar het Nederlands Blazers Ensemble dit concert zal spelen.

Het genieten begint al met het programmaboekje met een leesbare, geestige uitleg over Eric Satie en zijn wonderlijke denkbeelden over muziek en artistieke vrijheid. Satie als uitvinder van de achtergrondmuziek, muzak, door hem ‘meubileringsmuziek’ genoemd. Een uitspraak van hem is dat muziek vooral zichzelf is en desnoods de vorm van een peer kon hebben.

We zijn ruim op tijd in de zaal en hebben alle gelegenheid om te kijken naar de beelden die levensgroot op een doek achter het podium geprojecteerd worden. Het is een oliebollenkraam in Amsterdam, met mensen die in de rij staan, aan komen lopen of langslopen. Alles in slow motion. We vragen ons hardop af waar in Amsterdam de kraam staat en de vrouw voor ons draait zich om en zegt: ‘Wij denken dat het op het Leidseplein is.” Daar lijkt het wel op.

Dan verschijnen er ineens muzikanten in beeld. Mensen met een klarinet, een hobo, een saxofoon in hun handen rennen en huppelen in slow motion achter elkaar langs de oliebollenkraam. Achter het doek begint een muziekstuk van Erik Satie en terwijl de laatste blazer uit beeld danst, komen met vertraagde bewegingen de eerste leden van het Nederlands blazersensemble het podium op ‘hollen’.
Een projectie van Erik Satie zelf kijkt toe hoe zijn pianomuziek, bewerkt voor blazers wordt uitgevoerd. Met veel humor. Zowel in de muziek zelf als op het grote achterdoek, waar regelmatig droge teksten van Satie verschijnen, maar ook een langs wandelende, witte rat en af en toe een schoonmaker met een schort vol ruches, die met een plumeau de theatergordijnen afdoet, een selfie maakt, op een trapje klimt.

Wie een beetje pianospeelt, kent de gnossiennes van Satie. Je hoort ze trouwens ook regelmatig voorbij komen in films of documentaires. Het blazers ensemble speelt met die bekende muziek. Instrumenten reageren op elkaar, schmieren elkaar na of maken er met z’n allen een potje van. ‘In Saties werk doen ernst en spel verstoppertje met elkaar’, staat in het programmaboekje, en dat is precies wat we horen en zien. Na het laatste nummer, dat eindigt met een idioot lange reeks slotakkoorden, wordt in de zaal hardop gelachen en volgt een staande ovatie.

Als toegift spelen ze hetzelfde stuk als waarmee ze begonnen. Na een halve minuut staat een klarinettist op en begint achteruit in slow motion het podium af te lopen. Een tweede blazer volgt - en zo verdwijnen de muzikanten één voor één zoals ze zijn opgekomen, maar dan ‘teruggespoeld’.

Dan het is het nog niet helemaal afgelopen. Als we in de foyer een biertje staan te drinken, spelen dezelfde muzikanten nog even door, In twee- en drietallen op een klein podium. Vrolijke, gevarieerde muziek. Het voelt als een feestje en het is veel te snel afgelopen. Wát een gezellige avond. Ik heb er een nieuwe favoriet bij waar ik vaker naar wil gaan luisteren: het Nederlands Blazers Ensemble.

maandag 6 maart 2023

Luxe B&B met katten

Dochter E. is een lang weekend met vriendinnen naar Valencia en ze heeft ons gevraagd of we de katten wilden verzorgen. Zeker wilden we dat! Dus rijden we vrijdag naar Amsterdam, waar E. ons ontvangt met een echt Amsterdamse millennial-lunch: broodje met gepocheerd ei, avocado, feta en een beetje chilivlokken.

Om kwart voor twee komt vriendin S. en brengen we de twee dames naar Schiphol. Ze hebben zin in hun weekendje weg, en wij ook! Als we terugkomen en de auto geparkeerd hebben, is er al een groot deel van de middag om. We halen brood bij de Turkse bakker, belegjes bij de Turkse supermarkt en een soep-pakket bij Appie. Dan installeren we ons in onze luxe B&B, waar de katten ons opwachten.

Britse korthaar Louie in z'n hangmatje voor het raamBritse korthaar Jack op tafel

Er zijn uitgebreide instructies voor de twee Britse Korthaar katten. Behalve de brokjes die het voer-apparaat vier keer per dag uitstort, krijgen ze ’s morgens en ’s avonds blikvoer, zou het fijn zijn als er af en toe met ze gespeeld wordt en moet regelmatig de kattenbak uitgeschept worden. H. laat de zorg aan mij over en houdt het bij een beetje kroelen als een van de twee bij hem in de buurt komt.

Op zaterdag lopen we van Bos en Lommer naar de Hermitage. We kiezen een leuke omweg door het Erasmuspark en door de Haarlemmerstraat. In het museum is een tentoonstelling over Rembrandt en zijn tijdgenoten. We besluiten om de tijd te nemen voor dat ene onderwerp en het daarbij te houden. (Leve de museumjaarkaart, anders zouden we 32 euro moeten betalen) Er lopen best veel mensen rond. Ik vermoed dat er veel tweede-keus bezoekers bij zijn die te laat waren om een kaartje te krijgen voor Vermeer in het Rijksmuseum. Nou, dit is ook mooi!

Terug nemen we de tram. En ’s avonds gaan we naar het aan ’t IJ, waar het Nederlands Kamerkoor zingt. ‘Orpheus’. Een paar jaar geleden hebben we dit koor in Cuijk horen zingen en ik vond het prachtig. (zie ‘Zo kan een koor dus ook klinken') Deze uitvoering was heel anders, maar net zo afwisselend en verrassend. Terug in het huisje van E. moeten er nodig katten geknuffeld worden. En een bak uitgeschept. Niet te geloven wat een hoeveelheid kattenpoep die twee produceren!

En dan is het alweer zondag. Bezoekje aan de oudste broer van H., die in een verpleeghuis woont. We nemen hem mee uit lunchen. Aan het eind van de middag maken we schoon en pakken in om vroeg in de avond naar huis te rijden. Zondagavond heb ik koorrepetitie. Met m’n hoofd nog vol Nederlands Kamerkoor is het even wennen om ons eigen programma te zingen. Zo goed als dát koor zijn we niet, maar voor een amateurkoor kunnen we echt wel wat. Maar daar heb ik vorige week al over geschreven.




maandag 27 februari 2023

Kippenvel

Folder: Wilbert Friederichs RequiemRequiem eternam, dona eis requiem …
De hele dag zingen er Latijnse teksten in mijn hoofd. Het afgelopen weekend stond in het teken van de requiemliederen. Over een paar weken is de eerste uitvoering met het projectkoor waar ik in meezing en zaterdag hadden we een hele oefendag.

Ging het goed? Sommige liederen wel, maar niet alles. Het kan beter, strakker, met meer dynamiek. Onze dirigent Wilbert werkt hard aan ons. Soms zie je hem haast proberen de juiste tonen er uit te trekken bij een moeilijk akkoord; de timing er in te sláán – door nadrukkelijk te dirigeren wel te verstaan.

Er wordt op zo’n dag serieus gezongen, maar af en toe slaat de meligheid ook even toe. Als Wilbert voor de zoveelste keer een lied onderbreekt net nadat hij gezegd heeft: nu zingen we het een keer achter elkaar door. Of als hij ons weer eens in de beste kooropstelling probeert te krijgen: jij een stapje meer naar links, nee, nog een beetje. Jij wat naar achteren.

Na een ochtend repeteren in de koude zij-zaal, gaan we ’s middags de opstelling in de eigenlijke kerk uitproberen. Daar is het nog veel kouder! Met dikke jassen aan en sjaals om staan we op het podium achter een blok spreekgestoelte dat niet weg mag. Of kunnen we er toch beter voor gaan staan?
Of we er nu voor staan of er achter, de akoestiek in de kerk is heerlijk voor een koor. Ineens horen we hoe mooi het allemaal gaat klinken.

En dat is maar goed ook, want op 19 maart staan we hier voor publiek te zingen. Het requiem van Wilbert Friederichs. Als je komt luisteren kan ik je aanraden om een warme jas aan te trekken; behalve dat het koud is in de Dominicuskerk, gaan de liederen je kippenvel bezorgen.

woensdag 22 februari 2023

Krampachtig

“We gaan het zien.” Zo sluit mijn blinde collega S. zijn betoog af in onze vergadering. Het ging over een audioreportage en hij had ook kunnen zeggen: “we gaan het horen.”

Ik vraag aan hem of het vaak gebeurt dat mensen opvallend bepaalde woorden uit de weg gaan in gesprekken met hem. Zo van: “Nou kijk, - oh sorry, dat kun je natuurlijk niet …” Of “Tot ziens – eh ik bedoel … tot de volgende keer”
“Ja, dat kom ik wel tegen,” zegt hij, “maar doe me een lol zeg, dat is toch gewoon de taal die je gebruikt!”

Ik ben het met hem eens. Stel je voor dat je de hele tijd angstvallig gewone woorden en uitdrukkingen moet vermijden omdat een ander zich er mogelijk gekwetst door zou kunnen voelen. Het zou zo krampachtig worden als bij het spelletje ‘geen ja, geen nee’. Je zou geen normaal gesprek meer kunnen voeren. Er zou geen boek meer geschreven kunnen worden.

Illustratie uit Roald Dahl's De GVR

We lachen erom en gaan door met het volgende agendapunt: collega A. wilde in haar jeugdtijdschrift een boek van Roald Dahl tippen. Kan dat nog wel?

zondag 19 februari 2023

Er wás al zo veel kapot

logo facebook
Ze kan het niet laten om op Facebook te kijken, mijn vriendin N. Maar ze wordt er zo verdrietig van. N. komt uit Syrië, waar ze niet ver van de stad Aleppo woonde. Het is het gebied vlakbij Turkije, dat hevig getroffen is door de aardbeving.

Op Facebook ziet ze aan de lopende band berichten langskomen over doden, gewonden, ingestorte huizen, ingestorte levens. Een vriendin met haar man en drie kinderen: dood. Een vriend van haar ouders met zijn vrouw: dood. De ouders van haar man H. zijn ongedeerd, maar durven niet meer in hun huis. Ze verblijven in een gemeenschapsruimte. Haar oudste zus heeft geluk gehad: tussen ingestorte flats is haar huis nog intact. Ze vangt er mensen op.

Het is niet alleen maar ellende op de site. Ze ziet ook hoe onder elk wanhopig bericht van hulpzoekenden die hulp wordt aangeboden. ‘Kom maar bij ons, hier is nog ruimte.’ Maar N. voelt zich machteloos en droevig. Zoveel doden, zoveel kapot. En er wás al zoveel verloren gegaan door de oorlog.

Het enige dat ik voor haar kan doen is luisteren. En geld storten op giro 555, maar de internationale hulp komt maar mondjesmaat in Syrië aan. Ik vraag N. of ik geld kan sturen naar haar zus, die zoveel mensen in haar huis opneemt. Maar ze zegt dat de zus te trots is om dat aan te nemen.

Dan vertel ik maar over het concert waar ik vorige week was, waar (onder andere) liederen gezongen werden die beroemd waren in de uitvoering van Umm Kulthum. Ik zoek op mijn telefoon naar het lied dat ik zo mooi vond en laat het haar horen.

‘Ah, Umm Kulthum!’ haar gezicht licht op. ‘Iedereen houdt van haar! Ze is een … ze zoekt het woord op … legende!’ Zachtjes zingt ze mee.
Als ik even later naar huis ga zwaait ze me samen met haar kinderen uit. Tot volgende week. Ze ziet er een heel klein beetje minder verloren uit. Meer dan dit kan ik haar niet bieden.

vrijdag 17 februari 2023

K. weet hoe je een cadeau moet ontvangen

De loopplank naar de woonboot van mijn vriendin K. loopt behoorlijk steil omlaag, maar dit is nog niet de laagste waterstand, zegt ze. Ik kom bij haar lunchen en bijpraten. Als ik binnenkom, ziet ze er een beetje ontredderd uit. Gisteren heeft ze een confronterend gesprek met haar ex gehad en vanmorgen had ze daar een akelige, ijskoude droom over. Ze vertelt het met een brok in haar keel.

Omslag prentenboek De Nachtlantaarns van meneer Makkelie

Ik geef haar een knuffel en ze gaat koffie zetten.
“Ik heb een cadeautje voor je meegenomen,” zeg ik als we naar de zithoek lopen. We hebben een gezamenlijke liefde: kinder- en jeugdboeken. En van dit boek weet ik zeker dat ze het mooi zal vinden; het is een bundel met verhalen van veel schrijvers waar we allebei van houden. Mooi ingepakt compleet met sierlint en een takje rozemarijn.

K. weet hoe je een cadeau moet ontvangen. Ze pelt het boek voorzichtig uit het papier, bewondert de voorkant, bladert aandachtig en leest enthousiast een paar eerste zinnen voor. “Hier ga ik echt van genieten!” roept ze. Er zijn meer mensen die haar boeken hebben gegeven en die laat ze me met net zoveel enthousiasme zien.

Dan is het lunchtijd en zet ze allerlei lekkere dingetjes op tafel. We eten en praten en voor we het weten is het alweer tijd om afscheid te nemen. Ik heb een andere afspraak en zij gaat vanmiddag voorlezen in de bibliotheek. “Deze neem ik mee!” zegt ze en houdt mijn cadeautje omhoog.

We omhelzen elkaar en ik klim over de loopplank naar de wal. Vanaf de dijk zie ik haar nog even voor het keukenraam. Dan wandel ik naar m’n auto. Voordat ik start, kijk ik nog even naar het uitzicht over de rivier. Wat woont ze toch prachtig hier op het water, een zijarm van de Waal. Dan draai ik de auto en  rij naar huis. Dag K., tot de volgende keer.

zondag 12 februari 2023

Stapels boeken

Klein, rechthoekig tafeltje met daarop (past precies) twee stapels boeken
We hebben altijd veel boeken in huis gehad. Al op de eerste plek waar H. en ik samen woonden, hadden we een paar planken met toen vooral studieboeken. Maar ook detectives; als we op fietsvakantie gingen, werd er ruimte gereserveerd voor minstens vier pockets in een van de volgepakte fietstassen.

Het werd alleen maar meer, want een boek weggooien doen we zelden. Jaren geleden besloten we dat de grote wandkast met open boekenplanken in de woonkamer toch wel erg druk en rommelig oogde. Er zitten nu deuren voor. Maar inmiddels zijn een aantal open stukken in de kast toch weer gevuld met stapels of rijtjes boeken.

In NRC staat dit seizoen een rubriek waarin mensen vertellen over hun stapels nog-te-lezen boeken. Veel lezers hebben een of meer van die stapels, waar meestal een soort schuldgevoel over heerst: dit moet ik echt een keer allemaal gaan lezen! Je kon een foto van je stapel insturen met tekst. Ik heb dat niet gedaan, maar vind het wel leuk om andermans inzendingen te lezen.

Stapel boeken met de ruggen naar voren
Onze meest in de weg liggende stapels liggen op een bijzettafeltje naast de bank. De meeste boeken hierop zijn van H. Hij is ook de grootste koper. Ik stel me vaker tevreden met bibliotheekboeken. Maar een van de dikste pillen op deze stapel ligt mij af en toe een schuldgevoel aan te smeren. Irene Vallejo: ‘Papyrus; een geschiedenis van de wereld in boeken.’

Ik heb het ongevraagd te leen gekregen van een collega waar H. een tijdje intensief mee samenwerkte. We hadden elkaar een paar keer ontmoet en ze vond het echt iets voor mij. Ik vind het boek echt wel interessant, maar het is niet lekker makkelijk vrije-tijds-lezen, dus na maanden ben ik nog niet halverwege. En een geleend boek moet je ooit teruggeven…

Het tweede boek op de stapel dat van mij is, was een cadeautje van mijn collega’s. ‘De honderd van Heytze’, honderd gedichten met elk een stukje verhaal erbij. Af en toe pak ik het, sla het op een willekeurige plek open en lees er een paar. Gisteravond merkte ik, dat ook bij de vierde keer openslaan een gedicht bovenkwam dat ik al eerder gelezen had. Misschien wordt het nu tijd om systematisch te gaan lezen. Of niet. Gedichten kun je ook tien keer lezen.

Maar die stapels vind ik toch eigenlijk maar niks. Dan heb je deuren in de kast gezet en ontstaan daar naast weer rommelige verzamelingen met boeken. Wat doe je eraan? Nog meer deuren? Of misschien zet ik op een dag zo’n boekenkastje aan de weg waar iedereen iets uit mag pakken. Als ze dan maar niet te veel terug gaan zetten…

zondag 5 februari 2023

Een fossiel uit vervlogen tijden

“Hoi, morgen ben ik in Nijmegen. Zijn jullie misschien morgenmiddag thuis en zouden jullie het leuk vinden om zo’n fossiel uit vervlogen tijden te ontvangen voor een kort bezoekje?” Dat bescheiden berichtje krijg ik binnen via whatsapp.

Het komt van C., lang geleden een tijdje de huisgenoot van mijn H. Na vele jaren geen contact, hebben we elkaar afgelopen voorjaar teruggevonden (zie ‘een oude vriend’)
Ik stuur een berichtje terug dat hij welkom is.

fietser met helm, van achteren gezien, achter hem langs het fietspad een bord met 'speed pedelecs toegestaan'
Zaterdagmiddag zie ik uit m’n ooghoek een auto langsrijden. Ik loop naar het keukenraam om te kijken of het C. is en zie tegelijkertijd een fietser voor ons huis stoppen. Hij is op de fiets! Alsof hij hier regelmatig langskomt, rijdt hij de fiets langs het huis achterom.

Het past helemaal bij zijn manier van leven. In een camper, af en toe op een andere plek als dat zo uitkomt. In de buurt van Tilburg staat hij nu; hij is met fiets en trein naar Nijmegen gekomen en daarna bij ons. Binnen tien minuten zijn we verwikkeld in een diep gesprek. Het gaat over spiritualiteit, religie, wat wel en niet bewijsbaar is en de verkeersregels voor een speed pedelec.

Natuurlijk blijft C. eten en daarna overleggen we naar welk station hij nu het best kan fietsen om een trein naar Tilburg te nemen. Een uurtje later verdwijnt hij het donker in op z’n snelle fiets. Maar niet voordat we hebben afgesproken dat we contact houden. Want dit soort vriendschappen zijn veel te kostbaar om elkaar weer uit het oog te verliezen.

zondag 29 januari 2023

Puzzelen met stofjes

Patroondelen voor etuitjeEen legpuzzel maken vind ik leuk (zie Jig saw), maar dít is nog veel leuker: van kleine restlapjes stof puzzel ik patroondelen in elkaar voor een klein etuitje. In het kader van hergebruik gooi ik de restjes van naaiprojecten niet weg, maar ik stop ze in een doos, waar intussen best veel in zit. Ik vis er van alles uit waar verschillende bruintinten in zitten en dan is het passen en meten en een beetje bijknippen…

Ik heb twee patroondelen geknipt van plakvlieseline en daar leg ik de puzzeltjes precies op. Dan strijk ik de boel vast en over alle randjes ga ik nog eens extra met een zigzagsteek. Daarna maak ik er een etui van, met voering en rits.

Als het helemaal klaar is, heb ik geen idee wat ik er in ga stoppen of dat ik het weg zal geven of dat het op den duur gewoon ergens in een la gaat liggen verstoffen. Maar dat maakt niet uit. Zo’n jig saw puzzel gaat na een paar dagen ook weer gewoon in duizend stukjes  in de doos terug. (Of je moet hem vastlijmen en aan de muur hangen, maar dat vind ik niks).

De komende dagen staat m’n etuitje op tafel en kijk ik er af en toe tevreden naar. Want ik vind em zelf echt mooi geworden.

Etuitje gemaakt van restlapjes

vrijdag 27 januari 2023

Brrrr

Omdat ik er van overtuigd was dat we vanmiddag bomen zouden planten, heb ik niet m’n allerwarmste fleece aangetrokken. Van vorig jaar weet ik nog hoe warm je het krijgt van zo’n klus. (zie Bomen planten). Maar vandaag hebben we de keus tussen houtsnippers rijden en wieden in de moestuin.

Een pol gras met lange wortels ligt op omgewoelde aarde
De houtsnippers moeten van een grote berg bij het parkeerterrein met kruiwagens naar allerlei paadjes vervoerd en daar verspreid worden. Zwaar werk waar ik eigenlijk niet sterk genoeg voor ben. Samen met D. ga ik wieden. Lange bedden waar het afgelopen jaar o.a. peulen, broccoli, Oost-Indische kers en afrikaantjes in gestaan hebben, zijn nu overwoekerd door onkruid.

Ze moeten vrijgemaakt worden zodat er nieuw zaaigoed in kan. Binnenkort kunnen er al tuinbonen en knoflook de grond in. Kregen we in de zomer de instructie om bij het wieden zo weinig mogelijk de grond om te woelen, die spelregel vervalt vandaag. Zonder schepje of steker krijg je de rozetten van de diep wortelende paardenbloem echt niet uit de grond. En de dikke graspollen ook niet.

We werken flink door, maar echt warm krijg ik het niet. Door mijn tuinhandschoenen heen voelt de aarde ijskoud en bij het hurken en knielen op de koude grond trekt de kou in m’n voeten en benen. In de theepauze, buiten aan de picknicktafel, krijg ik het alleen maar kouder. Ook D. heeft het koud. Ze heeft haar sjaal om haar hoofd geslagen en daar overheen een hoodie. Lekker propperig.

Gezellig is het wel, al kletsend met z’n tweeën. Maar om half vier, als de houtsnipperkruiers klaar zijn met hun paadje en bij ons komen kijken hoe we worstelen met de lange wortels van het taaie gras, vinden we het na een tijdje ook mooi geweest. De laatste emmer onkruid wordt over het hek gekiept en iedereen helpt met het sjouwen en schoonmaken van het tuingereedschap. We kijken nog even naar de schone, zwarte aarde in de bedden die we klaar hebben. Dan lopen we terug naar de picknicktafel.

Er staan twee kratten met boerenkool op: om mee te nemen. Maar dan zal ik eerst helemaal naar m’n fiets moeten lopen om een tasje uit m’n fietstas te halen. En eigenlijk wil ik alleen maar zo snel mogelijk naar huis, om met m’n rug tegen de verwarming een beker warme bouillon te drinken. Dus ik sla de boerenkool over. Over m’n schouder roep ik: ‘fijn weekend allemaal!’ En ik vertrek. Met de wind in m’n rug naar huis. Koud, maar tevreden over een middag werken in de voedselboomgaard.

zaterdag 21 januari 2023

Maakt de salderingsregeling parasieten van ons?

We hebben al een jaar of zeven zonnepanelen op het dak. Fijn gevoel, dat je elektriciteit grotendeels uit een schone bron komt. En ook fijn voor de energierekening natuurlijk. Alleen meldden de media afgelopen week, dat wij zonnepanelenbezitters onze energie laten betalen door mensen die zich geen panelen kunnen veroorloven. O ja? Ik was me van geen kwaad bewust, dacht juist dat we goed bezig waren.foto meterstanden

Wat blijkt: het overschot aan zonne-energie van de zomer, gaat terug naar de leverancier en komt in mindering op de stroom die ik ’s winters gebruik. Het proces van terugvloeien kost de energieleverancier extra geld, dat hij verhaalt op alle gebruikers. Zodoende betalen anderen voor mijn voordeel.

Ik heb deze redenering in m’n hoofd om- en omgedraaid en kwam tot de conclusie dat ik inderdaad dubbel voordeel heb van de zonnepanelen: niet alleen gebruik ik in de zomer m’n eigen zonne-energie; door het teruglopen van de meter ‘verkoop’ ik het teveel terug aan Vattenfall – die het weer bij anderen in rekening brengt.

Toch protesteer ik tegen de beschuldiging dat wij parasiteren op degenen die geen zonnepanelen kunnen betalen! Ten eerste is er niet echt een manier om het anders te regelen als je zonnepanelen op je dak wilt. (Een eigen circuit bouwen zal vast wel kunnen, maar dan moet je er eerst een studie van maken)  Verder betalen we netjes voor het gebruik van het netwerk en als dat dan moeite heeft met het verwerken van teruggegeven stroom, kunnen we daar niks aan doen. En we zijn geen commerciële partij die onderhandelt over een prijs voor onze terug geleverde energie – het is een systeem waarin we niet anders kunnen dan meedobberen.

Intussen heb ik begrepen dat het afschaffen van de salderingsregeling helemaal niet betekent dat we voortaan helemaal niks meer terugkrijgen voor het overschot aan opgeleverde zonne-energie. Je kunt het straks alleen niet meer één op één wegstrepen tegen je verbruik in de winter. Nou, dat lijkt me prima; ik wil helemaal geen voordeel dat ten koste van anderen gaat. De twee keer 190 euro compensatie hebben we netjes weggegeven aan/voor mensen die er meer behoefte aan hebben.

Het enige dat me niet bevalt, is dat we een slimme meter nodig hebben als Vattenfall bij wil houden wat we terugleveren. En ik hou er niet van als onze energieleverancier steeds meer bij ons kan meekijken. Maar ja, er is natuurlijk geen ontkomen aan. Langzamerhand dringt de technologie ons huis binnen. Via m’n telefoon, via m’n laptop, via de nieuwe smartwatch van H. En binnen afzienbare tijd ook door een slimme meter in de meterkast. Of moeten we nu toch eens gaan nadenken over een hutje op de hei?

zondag 15 januari 2023

Elkaar verrassen: een avondje Rufus Wainwright

We kennen elkaar al heel lang, verloren elkaar een tijdje bijna uit het oog, vonden elkaar terug bij een oudejaarsfeest en sindsdien zien we elkaar een of twee keer per jaar. Dan eten we samen en daar maken we dan ook altijd iets speciaals van.

‘Hebben jullie zin om mee te gaan naar een concert van Rufus Wainwright?’ vroegen DJ en A. tijdens zo’n etentje, een kleine twee jaar geleden. Ze vertelden enthousiast over een eerder, soortgelijk concert en het leek ons het proberen waard. Helaas gooide corona roet in het eten.

Gisteravond was eindelijk de herkansing. ‘Breder dan klassiek: Rufus Wainwright en het Amsterdam Sinfonietta. In Arnhem. Wij wisten niet zo goed wat we ervan moesten verwachten. We kenden de artiest voornamelijk van naam en omdat het de zoon is van Kate McCarrigle, waar we jaren geleden wel naar luisterden.
We  googelden een paar liedjes van hem en vonden het oké maar niet geweldig. Maar wie weet hoe het uit zou pakken met een half orkest erbij. 

Om het meteen maar te verklappen: het pakte geweldig uit. Het concept van de concertenreeks ‘Breder dan klassiek’ is het verenigen van pop, rock en klassiek. Dat leverde een speellijst op van héél verschillende nummers, maar wel allemaal gezongen door Wainwright en begeleid door strijkers. Beginnend met de Danse macabre (nou ja, die is dus zonder zang), langs nummers van Prince, Marlene Dietrich, Paul Simon, Rufus zelf en zijn moeder, zijn  tante en z’n vader, maar ook met pure (Italiaanse) operanummers, die hij fantastisch zong.

Je zag en voelde het plezier van de muzikanten over deze samenwerking. En bij het publiek. Een staande ovatie en drie nummers toegift als afronding. En daarna een glaasje wijn in de foyer. Onze vrienden keken ons verwachtingsvol aan: en? Wij keken blij terug: geslaagd avondje! En ter plekke besloten we dat dit een traditie moet worden: (minstens) een keer per jaar nodigen we elkaar uit voor een verrassend concert. Gaan we doen!

zaterdag 7 januari 2023

 Apple watch

arm met apple-watch waarop een rode ring, daar binnen een gele ring en daar weer binnen een (gedeeltelijk gevulde) blauwe ring
Piep-piep.
H. staat op van de  bank, waar hij een boek ligt te lezen. Volgens zijn apple-watch is het tijd om een minuut te staan. Het horloge houdt bij hoeveel hij beweegt, traint en staat. Voor elke activiteit is in het schermpje een gekleurde ring te zien die zich tijdens de dag steeds meer vult. Als van een kleur de ring helemaal vol is, komt er als beloning een soort vuurwerk-explosie in beeld.

Vaak zie ik H. aan het eind van de dag tevreden naar z’n horloge kijken. ‘Ha, alle doelen gehaald!’ Soms loopt ie nog even fanatiek heen en weer om het laatste rondje vol te maken. Maar als ’s avonds om een uur of elf een piepje zegt dat het bedtijd is, negeert ie dat. Dan gaat ie rustig nog een uurtje de krant lezen. Gelukkig, hij wordt niet helemaal door google geregeerd.

De apple-watch is een impuls-aankoop op afstand. Een paar weken geleden was dochter E. in New York. De dag voordat ze terug zou komen, belde ze H. op met de mededeling dat ze in de apple shop stond, waar een soort black Friday sale aan de gang was. Of ie nog iets wilde hebben. Zelf had ze net een nieuwe watch gekocht. ‘Ik wil er ook wel één,’ zei H prompt. En zo geschiedde.

En waar ik al jaren regelmatig ’s morgens vraag of hij meedoet met een workout (zie: personal coach) en het antwoord vrijwel altijd ‘nee’ is, wordt er nu ineens fanatiek gewandeld, op de trap heen en weer gerend, gefietst en elk uur gestaan. Ik heb er gemengde gevoelens over. Aan de ene kant is het fijn dat H. gezond bezig is, maar ik hou niet zo van zo’n device dat allerlei informatie over je opslaat.

Piep-piep, hoor ik vanaf de bank. H. staat op en komt vragen of ik zin heb in een spelletje. Ja hoor, gezellig. Even m’n blogpost plaatsen en dan kom ik. Kan hij intussen nog even een minuut staan om z’n blauwe rondje helemaal rond te maken.  

dinsdag 3 januari 2023

Vattenfall weet niet zo goed wat hoog en wat laag is

foto van een old-school (niet-slimme) gasmeter

In een mailtje vraagt Vattenfall of ik op 31 december of een paar dagen eerder of later de meterstanden wil doorgeven. Dan kunnen ze het prijsplafond berekenen. Het doorgeven kan tot 15 januari. ‘Zo zorgen we er samen voor dat uw verbruiken tegen het juiste tarief afgerekend worden’. Fijn. 

Ik ben niet zo bang dat we boven dat prijsplafond uitkomen; ons energieverbruik is niet zo hoog. Maar ik wil best die meterstanden doorgeven. Op drie januari denk ik eraan en ga er even voor zitten. Inloggen bij Vattenfall, op zoek naar de plek waar je ook al weer de standen kunt invullen … 

Er zijn drie keuzes mogelijk:
1. Hebt u een nieuw contract bij Vattenfall? Vul hier de meterstand in.
2. Bent u verhuisd? Vul hier de meterstand in.
3. Wij hebben uw meterstand nog niet nodig. 

Eh? Ik zoek het mailtje op met het verzoek. Daar staat een link in die me naar de website brengt en jawel, daar kan ik dan wél de cijfertjes invullen. Ik doe het zorgvuldig. Het getal dat ik voor het stroomverbruik invul, wordt meteen geel en er komt een waarschuwend kader in beeld. ‘Weet u zeker dat dit getal klopt?’
Ja, ik weet het zeker.
Dan krijg ik de mogelijkheid om in te vullen waarom ons verbruik zo ongewoon HOOG is. Ik vul in dat het helemaal niet hoog is, maar juist extreem laag, en dat komt omdat we zonnepanelen hebben. 

Het getal op onze meter is de hele zonnige zomer alleen maar omlaag gegaan en ook nu we meer verbruiken dan opwekken, is het nog steeds lager dan bij de laatste meting. Misschien dat het systeem daarvan zo in de war raakt dat het laag met hoog verwart? Stom, we zullen toch echt niet de enigen zijn bij wie het zo werkt. 

Maar goed, ik heb als een brave burger onze meterstanden doorgegeven. Ik ben benieuwd onder deze omstandigheden van het prijsplafond een prijsvloer maakt. We gaan het meemaken.

Vak 29a

In de Lange Hezelstraat in Nijmegen vind je tegenover Dille en Kamille een cadeautjes-winkel. De formule van ‘Ieder z’n vak’, zoals de winke...