Verzekeringstechnisch was het mijn schuld. Maar als een auto van de oprit de weg op draait, rustig de verkeersheuvel neemt en dan verder optrekt, verwacht je niet dat ie daarna ineens BOEM stilstaat. Ik zit er dus met m’n scooter te dicht achter om op tijd te remmen en mijn voorwiel verdwijnt onder de bumper van het kleine autootje.
Auw, m’n knie. Rechtop blijf ik op de scooter zitten om even te af te wachten wat die pijn gaat doen. Blijft ie of is het vals alarm? Intussen komt er een geschrokken jonge vrouw uit de auto.
“Oo, gaat het? Dit is de auto van m’n moeder weet je, ik ben em niet gewend.”
Ik probeer voorzichtig of ik mijn been kan strekken en buigen.
“Ben je gewond? Kun je van de scooter af komen?”
“Het gaat wel denk ik. Wacht.”
Ik zet allebei mijn voeten op de grond en probeer de scooter los te trekken. Na een paar pogingen lukt het. Het wiel komt los en de kap valt in stukken op straat.
Wat nu? We kijken elkaar onwennig aan. Er moeten papieren ingevuld worden, maar hoe gaat dat precies? Ze stelt voor dat we even bij haar thuis gaan uitzoeken hoe het zit. Het autootje gaat terug naar de oprit. Ik duw mijn kapotte scooter de stoep op en zet hem er broederlijk naast. De brokstukken van de kap heeft zij intussen opgeraapt en voorlopig even in de achterbak gelegd.
Haar moeder doet de deur open.
“Eh, er was een klein ongelukje met je auto…”
We leggen uit wat er gebeurde. Zij zegt dat ze iets verkeerd deed met de switch van automaat naar schakelen of andersom, maar de moeder zegt nadenkend tegen mij: “als jij achterop de auto bent gereden, ben jij toch schuldig?!”
Ik zal het niet bestrijden. We gaan gewoon opschrijven wat er gebeurd is en dan zoekt de verzekering het maar uit. Ik stel voor dat we nu gegevens uitwisselen en vanavond de papieren invullen, want die hebben we geen van beiden paraat.
M’n scooter start nog. Heel voorzichtig rij ik de driekwart kilometer naar huis, de voorlamp los op een dikke bos draden voorin. Als ie in de schuur staat, maak ik een foto. Dan wissel ik mijn motorjas in voor een andere. Geluk bij een ongeluk: H. heeft de auto niet mee vandaag. Die kan ik dus pakken om alsnog naar m’n werk te gaan.
Ondanks een blauwe knie en een paar uur schrikbibber, voel ik wonderlijk genoeg een soort opluchting. Een botsing met de scooter, en ik kom er vrijwel ongeschonden vanaf. Het geeft me een gevoel van veiligheid dat helemaal nergens op slaat. Zoiets als de man die een huis gaat bezichtigen, erbij staat als een vliegtuigje z’n neus in het dak boort en enthousiast roept: “Dit huis nemen we, de kans dat dit nog eens gebeurt, is astronomisch klein! Hier zijn we veilig.”
(Uit: De wereld volgens Garp, van John Irving)
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Vogels voederen
Ik zit aan de keukentafel noten te kraken en ik denk aan de vogels. De kraaien en kauwtjes die net als ik in de herfst bij de plaatselijke n...
-
Het is ongeveer 10 kilometer fietsen naar Sanguin en voor alle zekerheid doe ik een regenjas aan. Als ik er bijna ben, begint het zachtjes...
-
Er ligt een klein, hemelsblauw eitje in de tuin. Helemaal gaaf ligt het op een onbegroeid stukje grond. Mijn eerste opwelling is, het op e...
-
“Maak er eens een wat mooiere opstelling van”, zegt dirigent W. De alten wat meer naar links ja, en de sopranen een beetje naar voren… Geh...
Gelukkig is het goed afgelopen!
BeantwoordenVerwijderenFijne verjaardag zaterdag en alsnog van harte gefeliciteerd!