Onze vriendin W. viert haar verjaardag met een kookfeestje.
Als we dan toch naar Amsterdam gaan, kunnen we eerst wel
even bij mijn broer en zijn gezin langs. Zondag tegen twaalven doen we zijn
hekje open, duwen wat honden opzij, lopen langs het huis naar achteren en
ruiken rook. Mijn schoonzus kijkt op van de vlammetjes waar ze in pookt en
roept dat we de nieuwe barbecue gaan proberen.
Als het vuur goed brandt, draagt ze allerlei lekkere dingen
aan. Er gaan hamburgers, worstjes en kipvleugels op de barbecue en op tafel
staan schaaltjes met fruit, komkommer en allerlei hapjes. We houden maat
vanwege het kookfeestje, maar dat valt niet mee met al die lekkere dingetjes.
Het geeft niet dat er wat overblijft. Dat gaat naar de dieren.
We lopen tussen kippen en kuikentjes door, klimmen over een hekje en komen op
een lang stuk weidegrond. Er staan een paar kleine paarden en een veulentje.
“Ruuudy!!” roept m’n schoonzus, “Bibbel!!” en twee zwarte varkens komen ons
enthousiast tegemoet. De overgebleven stukken brood worden eerlijk verdeeld
over paarden en varkens. De restjes komkommer en fruit gaan naar de kippen. We
blijven nog even aaien en dan moeten we verder naar het volgende eetfeestje.
Dat begint gelukkig met een stevige wandeling rondom de
Sloterplas. Na die kilometers kunnen we wel weer een maaltijd aan. Vooral als
we die eerst nog zelf moeten koken.
Mijn groep krijgt twee voorgerechten toegewezen en ik voeg
me bij de subgroep ‘auberginerolletjes’. We zien dat het recept niet aan het
aantal personen is aangepast en beginnen met rekenen. Dan verdelen we de taken.
Twee mensen gaan aubergines in plakken snijden en grillen. Ik snij uien en meng
die samen met groene kruiden door brokjes geitenkaas. Omdat er geen materieel
is om echt te grillen, gaan de aubergineplakken gewoon in de oven. Het ziet er lang zo mooi
niet uit als op het plaatje. Om alles warm op de 21 borden te krijgen, moeten
we met z’n vieren flink doorwerken. Met z’n tweeën maken we rolletjes, wat
steeds moeilijker wordt als de mooiste plakken aubergine op zijn en de halve,
gescheurde of te kleine exemplaren overblijven. De andere twee dragen borden af
en aan, waar ze onze rolletjes op draperen met wat rucola. Het ziet er toch nog
beter uit dan we hadden gedacht en het smaakt prima, net als alle andere
gerechten.
Onze groep van 21 doet alles zelf. Koken, opdienen, opeten. De volgende gang wordt gewoon op de borden van het voorgerecht geschept. Wie wijn wil, haalt een fles uit de keuken, waar tijdens het koken een voorraadje was klaargezet. Het officiële personeel heeft het druk met andere gasten.
Als we ook de laatste gang, warme tarte tatin, achter de
kiezen hebben, stappen we al snel op, want de meeste mensen moeten nog een
flink stuk rijden. Wij ook. Onderweg vertellen we elkaar hoe lekker het was en
dat je dit ook makkelijk zelf kunt organiseren als je genoeg ruimte hebt en als
niet alle gerechten gekookt of gebakken hoeven te worden. Een inspirerend smulfeestje
dus. We waren er de hele weg letterlijk en figuurlijk vol van.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten