Het is spitsuur.
In Utrecht wachten mijn twee collega’s en ik op de trein naar Nijmegen. Er zijn veel wachtenden en als de intercity aankomt en snelheid mindert, kijken we hoopvol naar de cijfers op de wagons. Even dreigt de 1 van een Eerste klaswagon voor onze neus te stoppen, maar het wordt toch nog een 2.
“Linksaf naar boven”, spreken we snel af en bemachtigen daar meteen een zitplaats.
Na een gezamenlijke cursusdag zijn we geanimeerd in gesprek tot ik plotseling zie dat we ons in een stiltecoupé bevinden. Ik stop halverwege een zin en wijs m’n collega’s op het raam met de S van Stilte.
Het gesprek valt meteen stil en een vrouw aan de andere kant van het middenpad zegt zachtjes: “Ik wilde er net iets van zeggen” Ze glimlacht en doet de oortjes van haar i-phone in haar oren, waarna ze schijnbaar in slaap valt.
Nu wij niets meer zeggen, is duidelijk een telefoongesprek te horen dat iemand in de volgende coupé voert. Een jongeman die tegen een paal geleund in een e-book staat te lezen, kijkt verstoord die kant op. Na een minuut stapt hij naar voren, buigt zich over een stoel en knipt met zijn vingers. “Dit is een stilte-coupé!” Geschrokken wordt het gesprek beëindigd. Nu is het echt stil. Het enige dat nog te horen is, is wat krantengeritsel en nu en dan een kuchje. Mijn ene collega pakt een tijdschrift, met de andere mime ik een staartje aan onze laatste zinnen van daarnet. Dan zoeken we in onze tassen naar iets om te lezen.
Ik had graag nog een tijdje gezellig met mijn collega’s gepraat, maar het gesprek op een andere plaats voortzetten is geen reële optie in deze volle trein. We zouden niet alleen onze zitplaats kwijt zijn, maar ons tussen de mensen door moeten wringen die in de gang staan en op de trapjes zitten.
Stilte kan fijn zijn als je ervoor kiest, maar vandaag neem ik me dit voor: de volgende keer dat ik in de spits op een trein wacht ga ik niet alleen de nummers 1 en 2 op de wagons in de gaten houden, maar kijk ik ook even op het raam of daar niet toevallig de S van Stilte op staat.
vrijdag 4 november 2016
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Vogels voederen
Ik zit aan de keukentafel noten te kraken en ik denk aan de vogels. De kraaien en kauwtjes die net als ik in de herfst bij de plaatselijke n...
-
Het is ongeveer 10 kilometer fietsen naar Sanguin en voor alle zekerheid doe ik een regenjas aan. Als ik er bijna ben, begint het zachtjes...
-
Er ligt een klein, hemelsblauw eitje in de tuin. Helemaal gaaf ligt het op een onbegroeid stukje grond. Mijn eerste opwelling is, het op e...
-
“Maak er eens een wat mooiere opstelling van”, zegt dirigent W. De alten wat meer naar links ja, en de sopranen een beetje naar voren… Geh...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten