Voor het eerst sinds minstens vijftien jaar zijn we aan boord van een zeilbootje. Het is
maandagmorgen negen uur; de eerste dag van een week zeilcursus. Onwennig staan we met z’n vieren in de kuip. H. en ik en twee anderen. We schudden handen en stellen ons voor. Dan onderzoeken we de boot en wat we er met z’n allen van weten. We mogen alles uitproberen, is ons verteld. Het enige waar we niet aan mogen komen, is de pelikaanhaak, waarmee de mast omhoog gehouden wordt.
We maken alvast het een en ander los. Iets teveel, blijkt als onze instructeur even later aan boord stapt. De zeiltouwtjes moeten weer vast en we varen op de motor naar een goede plek om het zeil te hijsen. Het is een mooie dag met net genoeg wind om heel veel fouten te kunnen maken zonder dat er iets mis kan gaan. De laconieke instructeur laat ons aanrommelen, vertelt van alles en heeft zo zijn eigen opvattingen over regels waar je je al of niet aan moet houden.
Heel anders is dat bij de instructrice die we een dag later hebben. Zij hecht aan regels en veiligheid, maar laat ons ook midden op het meer met ogen dicht voelen waar de wind vandaan komt en dan puur op gevoel overstag gaan (van richting veranderen en het zeil naar de andere kant van de boot) Op dag drie hebben we weer een andere instructeur die net weer andere dingen belangrijk vindt en zo komen er in vijf zeildagen steeds andere aandachtspunten langs.
Bij de een moeten alle persoonlijke spullen aan bakboord opgeborgen worden, terwijl stuurboord voor de spullen van de boot zijn. De ander haalt daar de schouders over op, maar is wel heel precies in de volgorde van bepaalde handelingen. Bij de een wordt de regel geoefend om éérst het zeil te laten vieren en dán pas van de wind af te sturen. De ander vindt dat meteen het roer om moet en dat het zeil dan volgt. Ik pik ervan op wat me handig lijkt en probeer zo veel mogelijk te oefenen.
Op de vierde dag is het weerbericht somber. Vooral in de middag wordt er veel regen voorspeld, maar in de praktijk blijft het bij een paar kleine buitjes. Wel staat er wind kracht vier en wordt het allemaal wat spectaculairder. Bootje schuin en af en toe een flinke plens boegwater over je heen. Zo hebben we de regenpakken niet voor niets aan gedaan.
Vreemd, het mag dan heel zen zijn om de hele dag op het water in een bootje te zitten, maar je wordt er ook best fanatiek van.
Lekker als je leert hoe de wind je kan bremgen waar jij wilt!
BeantwoordenVerwijderen