“Dit is de laatste keer dat ik die verstandskies repareer”,
zegt de tandarts terwijl hij de nieuwe vulling stevig in mijn kies drukt. “Het
is dat je hem goed bijhoudt… meestal vul ik verstandskiezen helemaal niet. Als
mensen er niet bij kunnen om het schoon te houden, heeft dat weinig zin.”
Ik zit achterover in de tandartsstoel met m’n mond akelig
wijd open, want de bewuste kies zit dus helemaal achterin m’n mond. Als de
vulling is aangebracht, afgeslepen en gepolijst, kan ik even opgelucht
ademhalen, slikken en als een goudvis mijn mond open en dicht doen. Dan is
nummer twee aan de beurt. Gelukkig iets verder voorin.
Met weer wijd opengesperde kaken onderga ik het boren. Pijn
doet het niet, want het is verdoofd, maar het gegier van de boor gaat me door
merg en been. Kennelijk trek ik een gekweld gezicht, want de tandarts stopt met
boren en vraagt: “Gaat het nog?” Ik mompel dat het niet bepaald fijn is, maar
dat het wel gaat. Hij schiet in de lach. “Het is ook wel een beetje een
Amerikaanse vraag hè. Het is eigenlijk alleen maar de bedoeling dat je er “ja”
op zegt. Zoals ze in Amerika vragen ‘hoe gaat het?’ en dan wordt er niet
verwacht dat iemand zegt dat het eigenlijk hartstikke slecht gaat!” Hij boort
het laatste restje van de oude vulling uit en ik zucht: “Laat het verder maar
zitten”.
Natuurlijk maakt ie de behandeling wel af. Als ik van de
stoel af mag, vraag ik wat die opmerking over de laatste keer repareren
betekent. Hoe lang ben ik nou onder de pannen met deze nieuwe vulling? Daar
valt niet zoveel met zekerheid over te zeggen. “Het gemiddelde is een jaar of
tien”, zegt hij. Maar soms gaat een vulling wel twintig jaar mee. Andersom zijn
er bijvoorbeeld tandenknarsers die binnen vijf jaar een nieuwe vulling kapot
krijgen.
“Nou ja, voorlopig
kan ik weer even verder”, concludeer ik maar. Hij beaamt het en lacht vrolijk.
Dan geven we elkaar een hand en loop ik de deur uit.
Ik ben blij met mijn tandarts. Een betere heb ik nooit gehad
en hij is nog sympathiek ook. Toch vind ik het heel prettig dat ik hem nu even niet
meer hoef te zien. Tot de volgende controle, in het najaar. Maar dat duurt
gelukkig nog een hele tijd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten