Vanuit Arequipa boeken we een tweedaagse tour in de Colca Canyon.
Niet alles in Peru is mooi. De buitenwijken van Arequipa (en van andere grote steden) laten kilometers aan troosteloze gebouwen zien. Bij veel huizen is de bouw halverwege gestopt omdat het geld op was. Toch zijn die halve huizen gewoon bewoond. Je ziet er kleurige was wapperen op de daken.
We rijden de bergen in. Een woest gebied, waar de autoweg slingerend door omhoog gaat. Regelmatig stoppen we voor een mooi uitkijkpunt, maar ook een keer omdat er grote stukken rots op de weg zijn gevallen die eerst verwijderd moeten worden.
Onze eerste wandeling in de hoogte is maar een kilometer heen en één terug. Maar ook zo´n 800 meter de hoogte in. Onze gids checkt zorgvuldig wat we aankunnen op deze hoogte, zo´n 3600 meter. Hij leert ons hoe je cocabladeren moet kauwen, dat zou helpen tegen hoogteziekte. Ziek is niemand, maar je merkt goed dat je minder zuurstof binnen krijgt. Die kilometer is pittig. Eenmaal boven zien we een aantal oude incagraven. Schedels en botten in inhammen in de rots. Kleine heiligdommen, waar mensen gaven voor de voorouders neerleggen, zoals cocabladeren en snoepjes.
Overal zie je muurtjes die de verschillende stukken land van elkaar scheiden. Van oudsher worden de bouwlandjes beveiligd door er cactussen op te laten groeien.
De uitzichten zijn hier fantastisch. In de verte een stad waarvan je de zinken daken ziet blikkeren in de zon.
En ja, we zagen de condors vliegen. Ze zijn enorm, met een spanwijdte van bijna drie meter zweefden ze vlak boven ons op de thermiek.
Verrassende kleuren door de bloeiende cactussen
En zelfs in the middle of nowhere vind je gelukkig toiletten. Je moet alleen even geduld hebben voordat er iemand komt met de sleutel en een pakketje wc papier. Je betaalt er een sol voor.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten