zondag 26 januari 2025

Rammenas

Ik heb een groente-abonnement bij de voedselboomgaard. ‘Oogstgenoot’ heet dat. Omdat ik ook vrijwilliger ben, combineer ik het oogsten met mijn werkochtend. Voordat ik naar huis ga, struin ik door de moestuin en pluk, trek of schep de groenten voor deze week en stop ze in meegenomen tasjes of zakjes.

Een paar ronde en een paar langwerpige zwarte rammenas-knollen op een houten plank. Op de voorgrond een doorgesneden knol, wit van binnen.

Valt er dan nog wat te oogsten in de winter? Niet heel veel, maar er staan nog wat wintergroenten zoals spruitjes en koolsoorten. En vorige week vroeg collega-vrijwilliger J. of ik al eens de rammenas had geprobeerd.

Rammenas? Ik ken dat alleen uit een gedicht van Annie M.G. Schmidt: ‘waar de koning trek in had’:
‘En toen de hagelslag er was toen wilde de koning rammenas.
De rammenas kwam en toen, helaas, wilde de koning pindakaas.’

Ik had me rammenas altijd voorgesteld als een pompoen-achtige vrucht, maar dat klopt helemaal niet. Het is familie van de radijs, maar dan groter. Die uit de Waalgaard variëren in grootte van pingpongbal tot kleine appel en zijn pikzwart van buiten en maagdelijk wit van binnen.
Toen J. me vertelde dat rammenas een beetje als radijs smaakt, wilde ik me al omdraaien. Ik hou niet van radijs. Maar ze zei dat je het ook kunt koken of bakken en dan gaat dat hele bittere eraf. Toch maar proberen dan.

De volgende dag aten we als voorafje schijfjes (eerst gekookte en daarna) gebakken rammenas met een sausje van roomboter, citroen, kappertjes met zout en peper erover. En H. en ik vonden het allebei lekker!

Afgelopen vrijdag nam ik er wéér een paar mee en deze keer deden we ze gewoon in de oven. Oók lekker! Die gaan we onthouden: rammenas. Leuk om zo’n vergeten groente te ontdekken.

dinsdag 21 januari 2025

Copilot, uw dagelijkse AI companion


Plotseling heb ik gezelschap als ik begin te schrijven: Copilot, ‘uw dagelijkse AI companion’, komt er gezellig bij zodra ik op mijn laptop Word open. Ik kan Copilot vragen om mijn tekst voor me voor te schrijven. Fijn hoor, dan hoef ik dat zelf niet meer te doen.

Ik weet dat Copilot niet speciaal voor mij als pensionado tevoorschijn komt, maar ik zie wel meteen een verband:
Als je met pensioen gaat, is er een soort oer-associatie met lui mogen zijn; niets meer te hoeven. Het bijbehorende plaatje is een wit strand met palmen met een ligstoel, een cocktail met een parasolletje. Persoonlijk zou ik nogal depressief worden van zo’n invulling. En dom; volgens een Duitse psycholoog gaat het IQ van iemand die drie weken luiert met twintig procent achteruit. Moet je nagaan wat een permanente vakantie met je doet.

Creatief denken is goed voor je hersenen, omdat je daarmee nieuwe verbindingen legt en je brein actief houdt. Dat lijkt me alleen al een goede reden om liever zelf mijn teksten te schrijven dan het door Copilot te laten doen. En er zijn nog veel meer redenen.

Bijvoorbeeld dat Copilot voor z’n teksten links en rechts alles jat wat iemand ooit op het internet heeft gezet. Van copyright trekt m’n nieuwe companion zich niet veel aan.

Of dat AI heel veel energie verbruikt. Oké, het kost ook stroom om mijn telefoon, iPad of laptop op te laden, maar als er in een klap miljoenen mensen teksten door AI laten genereren, schiet het verbruik serieus omhoog. 

En dan de kans dat je een keurige tekst aangereikt krijgt waar complete onzin in staat. Nee, dan schrijf ik toch liever mijn eigen onzin. Weg met die Copilot!
Maar hoe krijg ik deze ongewenste gast weg? Deleten gaat niet en als ik op het icoontje in de werkbalk klik, krijg ik geen optie ‘uitschakelen’.
Ik zoek net zo lang tot het me lukt.  En daarmee heeft Copilot me vandaag in elk geval onbedoeld geholpen om mijn brein in vorm te houden.


zondag 19 januari 2025

Een volle zaterdag

Op zaterdag viert de broer van H. zijn verjaardag in Haarlem en we worden uitgenodigd. Deze zaterdag zouden we ook fruitbomen gaan snoeien met de zaterdagploeg van Vrijwillig Landschapsbeheer. Dat is geen verplichting, maar omdat de auto van VLB in reparatie is, had H. beloofd om met onze auto de kar met gereedschap en ladders naar het park te rijden.

Het kan allebei, maar dan moeten we wel strakke afspraken maken. Niet te lang doorgaan met snoeien en broer J. laten weten dat we pas laat in de middag komen.

Het park: wit berijpt gras met kale bomen. Verspreid over het veld een stuk of 10 mensen, de meeste met donkere kleding, een enkeling in een fel oranje jas. Op de voorgrond het silhouet van een grote boom waar een ladder tegenaan staat met halverwege iemand er op.
Het is grijs, waterkoud weer als ik naar het park fiets. (H. is met de auto eerst spullen gaan halen.) Ik verwacht dat veel mensen vandaag lekker overslaan. Snoeien is niet bepaald een klusje waar je het warm van krijgt. Zelf twijfel ik of ik het de hele ochtend ga volhouden. Gistermorgen was ik in de voedselboomgaard aan het werk en het duurde een hele tijd voor ik daarna weer een beetje opgewarmd was.

Maar het valt mee. Met drie lagen kleding en gevoerde laarzen kom je een heel eind. En we zijn met z’n achttienen! Samen met m’n favoriete snoeimaatje kies ik de boom die we vorig jaar ook gesnoeid hebben. Een hoge perenboom met vier stammen. Eerst doen we de lage takken en daarna gaan we met een trap de hoogte in. Voor we het weten roept iemand dat het tijd is voor de koffiepauze.

Terwijl de thermosflessen tevoorschijn gehaald worden, ben ik aan het netwerken. J. heeft beloofd een stukje voor de website te schrijven. Heeft ie daar nog aan gedacht? R. zou informatie aanleveren voor het boek dat ik over 50 jaar VLB aan het schrijven ben. Komt dat goed?

We kletsen, wisselen informatie uit, er worden grappen gemaakt. Ik voel me helemaal thuis in deze groep. Na een tijdje gaan we onze boom weer in tot een uur of 1. Het werk is nog niet klaar, maar we komen nog wel een keer terug. Nu is er soep en dan moeten H. en ik maken dat we wegkomen. Omkleden, naar Haarlem rijden.

Daar komen we in een huis vol neven en nichten en hun grote kinderen.
Een heel andere groep mensen, maar even gezellig. Deze keer op een comfortabele stoel in een lekker warme kamer.

We blijven tot een uur of negen en dan is het genoeg geweest en rijden we terug naar huis. Een leuke, volle zaterdag. En dan zondag een dagje niks. Ook wel weer fijn.

vrijdag 10 januari 2025

Cadeautje voor de vogels en voor mij

Van mijn schoonzus T. kreeg ik met kerst een vogelvoerpakket. Ze had mijn blogpost Vogels Voederen gelezen en vertelde dat ze speciaal op zoek was gegaan naar gifvrij voer. T. had nog meer moeite gedaan: in een mal had ze een tulband van vet met zaden en insecten gemaakt. Het restant vetblokken kreeg ik erbij met de verzuchting dat ze nu wel genoeg had van dit geknutsel met vogelvoer.

Stenen tuintafel met bord vogelvoer. Er omheen twee tortelduiven en een mus
Ik was echt blij met dit kerstcadeau waar zo goed over was nagedacht! Al gauw begon ik met een poging de tulband uit z’n vorm te halen, maar dat was nog niet zo makkelijk. Het ding ging in de koude schuur en na de kerstdagen prutste ik het op m’n gemak uit de vorm op een bord. Het bord ging naar buiten, op de terrastafel.

In het begin kwam er af en toe een merel op af, maar na een paar dagen werd het steeds drukker. Toen er op een zondagmorgen een klein laagje sneeuw op de tafel lag, konden we zien dat er nog veel meer vogelbezoek op af kwam dan we dachten. Voor dag en douw hadden ze al over de hele tafel sporen gemaakt.

Besneeuwde tafel, middenin een (besneeuwd) bord vogelvoer. Er omheen vogelsporen in de sneeuw
Hoe kouder het is, hoe meer er te zien is. Gistermorgen zag ik een houtduif langdurig van het voer eten. Op een spandraad iets verderop zaten twee (iets kleinere) Turkse tortels te wachten tot ze aan de beurt waren en een derde tortelduif hipte voorzichtig op het uiterste puntje van de tafel. Het was duidelijk wie hier de baas was.

Tot er een ekster aan kwam vliegen. De houtduif deinsde terug, maar bleef bij het bord voer. De twee waren ongeveer even groot en maakten een dansje om het bord, om de beurt pikkend en weer terugschrikkend. Zodra ze weg waren, kwamen de tortels. En een brutale merel. Weer later was de merel de baas en moesten een paar mussen hun beurt afwachten.

Van de tulband is inmiddels alleen nog een klein laagje vet met voer over. Dus binnenkort moet ik zelf aan de slag om een nieuw ‘baksel’ te knutselen. En dat ga ik zeker doen. Niet alleen om de vogels de winter door te helpen, maar vooral ook omdat het zo leuk is om naar ze te kijken. 

donderdag 2 januari 2025

Dagje Doesburg

tussen twee palen een metalen plaatje met een 'stadslogo': een gestileerd kasteeltje
“Iets doen met A.” staat in mijn agenda op 2 januari.
Mijn vriendin A. heeft een druk leven, dus als we elkaar af en toe willen zien, moeten we dat op tijd vastleggen. De datum in elk geval, en wat we dan gaan doen, zien we nog wel. Omdat het weerbericht voor vandaag niet geweldig was, bedachten we dat we wel naar een museum konden gaan. A. stelde het Glasmuseum voor in Doesburg. En met een beetje geluk zouden we ook door het stadje kunnen wandelen.

Als ik op 2 januari de gordijnen opendoe, schijnt de zon! Na heel veel grijze, natte dagen is dat een welkome verrassing. Ik ga op de fiets naar A. en met haar auto gaan we naar Doesburg. “Eerst wandelen!” besluiten we eensgezind, want het is nog steeds zonnig en de stad heeft leuke plekjes te bieden.

We doen een stukje vestingwal en zoeken dan een plek om te lunchen. Daarna wandelen we een tijdje door het centrum.  We komen langs een mooie binnenplaats waar het OV & Speelgoed museum blijkt te zijn. Best leuk, maar we willen van het mooie weer blijven genieten en lopen door.

“In deze straat moet een Kunstlab. zijn, waar ze allemaal creatieve dingen maken”, ziet A. later op haar telefoon. We moeten even zoeken. Het blijkt een lang, smal winkelpand, waar we nieuwsgierig naar binnen gaan. Er staan zelfgemaakte artikelen van tientallen ‘kunstenaars’ en een vriendelijke dame vertelt ons dat achterin ook een werkplaats is waar papier geschept wordt.

Een plaat met 12 kleine, handgeschepte papiertjes hangt uit te lekken boven een bak
“Oh, dit is leuk!” In de ruimte helemaal achterin de winkel staan langs alle wanden kasten met geschept papier en materialen waarvan dat papier allemaal gemaakt wordt. Een man die ons enthousiasme hoort, begint te vertellen over wat er allemaal staat en ligt en over workshops die hier ook gegeven worden. We lopen een tijd rond en als we weer buiten staan zegt A. tevreden: “ik dacht wel dat zo’n kunstlab iets voor jou zou zijn!”

De volgende bestemming is de VVV. Intussen hebben we al heel wat van Doesburg gezien, maar A. vindt VVV’s gewoon leuk, dus gaan we naar binnen. Ook hier een enthousiaste man die blij is met bezoek waar hij iets aan kan vertellen. Bij een grote plattegrond wijst hij allerlei mooie plekjes aan. “En hier is het Glasmuseum Lalique, maar dat is nu gesloten,”  zegt hij tussen neus en lippen door…
We schieten in de lach. Eigenlijk hadden we toch al niet zoveel tijd meer voor een museum, dus het is helemaal geen ramp. We lopen gewoon nog even door en gaan koffie drinken in ‘het oudste café van Nederland.’ Dan is ineens de zon weg en voelen we wat druppels. Het wordt tijd om de auto weer op te zoeken.

Het heeft natuurlijk iets met het weer en met elkaars gezelschap te maken, maar we zijn allebei enthousiast over Doesburg. Ik wil best nog een keer terug, want behalve het nu gesloten Glasmuseum, is er het overgeslagen museumpje van OV en speelgoed, een leuke spellenwinkel die we op de valreep zagen, nog een stuk vestingwal en een terras dat in de zomer vast geweldig is. En dan die papiermakerij…
Ja, dit stadje was echt een goed idee.

Rammenas

Ik heb een groente-abonnement bij de voedselboomgaard. ‘Oogstgenoot’ heet dat. Omdat ik ook vrijwilliger ben, combineer ik het oogsten met m...